1 april 2004

Second opinion KKBA's 'Verstedelijkingsalternatieven Randstad' en 'Corridor'

CPB: aansluiten bij woonwensen biedt gunstige perspectieven voor de welvaart

Persbericht
Door goed aan te sluiten op de woonvoorkeuren van burgers kunnen grote financieel-economische voordelen worden gerealiseerd. Dit vraagt om een gedifferentieerd aanbod van woningen in de Randstad. Per nieuwe woonlocatie zal telkens een afweging moeten worden gemaakt tussen de woonbaten en de effecten op de omgevingskwaliteit.

Dit concludeert het CPB in het vandaag verschenen CPB Document 'Second opinion KKBA's 'Verstedelijkingalternatieven Randstad' en 'Corridor'. Het CPB heeft op verzoek van de Ministeries van VROM en Verkeer en Waterstaat een second opinion gemaakt van twee kengetallen kosten-batenanalyses (KKBA's) die zijn uitgevoerd door Ecorys-NEI.

De KKBA's analyseren vier verstedelijkingsvarianten in samenhang met infrastructuurpakketten in de Randstad. Het gaat daarbij om de bouw van 124.000 woningen in de komende 30 jaar. De varianten omvatten onder meer grootschalige verstedelijking in Almere en gespreid bouwen in de Randstad.

Uit de second opinion blijkt dat de KKBA 'Verstedelijking' geen goed beeld geeft van de welvaartswinst die de verschillende varianten opleveren, doordat de mobiliteitseffecten niet goed in kaart zijn gebracht. Wel geeft de KKBA de woonbaten plausibel weer. De vervoersanalyse die voor de KKBA 'Corridor' is gebruikt, komt tot resultaten die tegen het gezonde verstand ingaan en daardoor weinig plausibel zijn. Investeringen in infrastructuur zouden tot meer in plaats van minder congestie leiden. Daarom biedt deze laatste KKBA geen goede informatie voor besluitvorming.

Spreiding van verstedelijking in de Randstad over verschillende locaties levert een contante-waarde-voordeel van woonbaten op van ca 1,8 miljard euro in vergelijking tot grootschalige verstedelijking in met name Almere (70.000 woningen) en Rijnenburg, zo blijkt uit de KKBA. Dit komt omdat de onderzochte 'Spreidingsvariant' beter aansluit bij de woonvoorkeuren van mensen die daardoor bereid zijn meer te betalen voor een woning. De 'Spreidingsvariant' is bovendien nog niet optimaal toegesneden op de woonwensen van burgers. Daarmee is overigens nog niet gezegd dat iedere locatie die veel surplus (het verschil tussen de waarde van een woning en de bouwkosten) oplevert vanuit het oogpunt van wonen, vanuit maatschappelijk perspectief ook moet worden ontwikkeld. Het geeft echter wel aan dat, om niet tot bebouwing over te gaan, aan het behoud van open ruimte op een bepaalde locatie een grote waarde moet worden toegekend. Voor alle duidelijkheid zij vermeld dat in alle verstedelijkingsvarianten gebieden met unieke natuur- en landschapswaarden buiten beschouwing zijn gelaten.

Voor Almere wordt een gering exploitatietekort voorzien. Dit is berekend tegen de achtergrond van de huidige situatie. De second opinion vraagt aandacht voor het feit dat ontwikkeling van grote aantallen woningen op één locatie bij een gelijktijdige versoepeling van ruimtelijke restricties elders tot daling van de woningprijzen in Almere zal leiden.

Uit de second opinion blijkt verder dat de onderzochte verstedelijkingsopties relatief geringe effecten hebben op de congestie. In alle verstedelijkingsvarianten dienen namelijk nagenoeg dezelfde investeringen in infrastructuur te worden gedaan om een gewenste doorstroming op het hoofdwegennet in de Randstad te bereiken. De kwaliteit van de bereikbaarheid in de Randstad lijkt in de komende decennia niet te worden bepaald door de hier onderzochte verstedelijkingsopties, maar door de mate waarin het beleid erin slaagt de algemene verkeersdruk in goede banen te leiden. Specifieke knelpunten die bij een bepaalde variant optreden, kunnen gericht worden aangepakt.

Contactpersonen

De KKBA 'Verstedelijking' analyseert vier varianten voor de bouw van 124.000 woningen in de Randstad voor de komende 30 jaar. De KKBA 'Corridor' analyseert verschillende infrastructuurpakketten voor twee van die verstedelijkingsalternatieven.

De KKBA 'Verstedelijking' geeft een plausibel beeld van de te verwachten woonbaten. Bij de mobiliteitseffecten wordt op hoofdlijnen geen betrouwbaar beeld gegeven. Deze effecten zijn bovendien groot in relatie tot de totale KKBA-resultaten. De KKBA 'Verstedelijking' als geheel geeft daarom geen betrouwbaar beeld van de te verwachten welvaartseffecten die de verschillende varianten opleveren.

Voor de KKBA 'Corridor' is het beeld zeer ongunstig. De vervoersanalyse die hieraan ten grondslag ligt, geeft contra-intuïtieve resultaten te zien: investeringen in infrastructuur leiden tot meer in plaats van minder congestie. Deze KKBA biedt geen relevante informatie voor besluitvorming.

Auteurs

Paul Besseling
Wim Groot
Ioulia Ossokina