1 maart 2010

Focusing on quality: Bevindingen van de internationale wetenschappelijke visitatiecommissie 2010

Internationale visitatiecommissie heeft CPB doorgelicht

Persbericht
Een internationale wetenschappelijke visitatiecommissie die het Centraal Planbureau heeft onderzocht, concludeert dat het CPB onderzoek van hoge kwaliteit levert en daarmee de kloof overbrugt tussen wetenschappelijk onderzoek en het beleidsproces.

Het planbureau heeft een duidelijke toegevoegde waarde en zet met zijn werk een standaard die disciplinerend werkt voor politieke debatten.

De wetenschappelijke kwaliteit zou echter nog verder vergroot kunnen worden, onder meer door systematischer te streven naar publicaties in wetenschappelijke tijdschriften en door instrumenten voor interne kwaliteitscontrole systematischer toe te passen.

Bij de keuze van onderzoeksonderwerpen - programma's en projecten - zou het CPB selectiever moeten zijn, en minder succesvolle projecten ook eerder moeten beëindigen. Op die manier komt er ruimte om op andere terreinen meer de diepte in te gaan.

Dit zijn enige conclusies uit het vandaag gepubliceerde rapport Focusing on quality - Report from the CPB Review Committee 2010.

Opzet visitatie
Het is de derde maal dat het CPB is doorgelicht door een internationale wetenschappelijke visitatiecommissie. Eerder is dit gebeurd in 1997 en in 2003. Opdrachtgever voor het huidige onderzoek is de Centrale Plancommissie, het onafhankelijke adviesorgaan van het CPB. Doel was een brede, externe wetenschappelijke toets op de kwaliteit van het CPB-werk te krijgen, met aanbevelingen voor verbeteringen.

Het onderzoek is uitgevoerd van dinsdag 19 t/m vrijdag 22 januari 2010. In die periode is gesproken met vertegenwoordigers vanuit de wetenschap, de beleidswereld en de media alsmede vanuit andere instituten (KNAW, SER, WRR en collega-planbureaus PBL en SCP). Daarnaast zijn gesprekken gevoerd met een groot aantal CPB-medewerkers.

Kwaliteit van het CPB-werk
De Visitatiecommissie constateert dat het CPB onderzoek van hoge kwaliteit levert en daarmee de kloof overbrugt tussen wetenschappelijk onderzoek en het beleidsproces. De economische methodologie die het planbureau gebruikt is up-to-date en standaard in de economische wetenschap. De wetenschappelijke kwaliteit zou nog verder verbeterd kunnen worden door zowel wat betreft interne als externe kwaliteitsborging te kiezen voor een meer systematische aanpak, in het bijzonder op de volgende terreinen: - publiceren in wetenschappelijke tijdschriften - banden met wetenschappers aan universiteiten - interne seminars - open en kritische wetenschappelijke cultuur.

Verder merkt de commissie op dat het CPB wel erg veel middelen inzet op modelbouw, ten koste van andere vormen van beleidsrelevant empirisch werk. Kwantitatieve modellen spelen thans een centrale rol op de meeste onderzoeksterreinen van het CPB.

Impact op het beleid
Op basis van de gesprekken met externen stelt de visitatiecommissie vast dat het CPB een duidelijke toegevoegde waarde heeft voor het Nederlandse beleidsproces: het planbureau zet een standaard neer die disciplinerend werkt voor het politieke debat. Het CPB zou zijn rol nog kunnen vergroten door beleidsmakers, media en het brede publiek uitgebreider te informeren over de onzekerheden in ramingen en kosten-batenanalyses.

Het CPB brengt zijn onderzoek uit in diverse onderzoeksreeksen. De commissie beveelt aan om helderder te kiezen wat per reeks de beoogde doelgroep en beste publicatiestrategie is.

Keuze van onderzoeksonderwerpen
Waar het gaat om toewijzing van onderzoekscapaciteit aan onderzoeksprogramma's, constateert de visitatiecommissie spanning tussen de breedte en de diepte. Verspreiding van de capaciteit over een groot aantal onderwerpen maakt de spoeling dun. Kiezen voor de diepte en focus aanbrengen kan de wetenschappelijke cultuur bij het CPB versterken.

Verder ziet de visitatiecommissie ook mogelijkheden voor verbetering in de wijze waarop het werkplan tot stand komt. Daarbij moet meer aandacht komen voor het toepassen van de bestaande criteria om programma's en projecten te kiezen dan wel te beëindigen.

De visitatiecommissie verwelkomt het nieuwe onderzoeksprogramma over financiële markten. Op het gebied van milieu en klimaatverandering zou het CPB een heldere strategische visie moeten ontwikkelen op de rol die het op deze terreinen wil spelen.

Op het gebied van ramingen beveelt de commissie aan te onderzoeken of deze ramingen op onderdelen minder gedetailleerd zouden kunnen zijn, gezien de doelen die ermee worden gediend.

Gewenste verbeteringen in de interne organisatie
De Visitatiecommissie is kritisch over de huidige, als weinig logisch beschouwde indeling van het CPB in sectoren. Gevolg is onder meer dat er binnen de sectoren te weinig onderlinge samenhang is. Bovendien vindt onderzoek op aanpalende terreinen nu vaak in verschillende sectoren plaats. Met name concentratie van het onderzoek op het gebied van de overheidsfinanciën en de economie van de publieke sector (public economics) ziet de visitatiecommissie als cruciaal. De commissie beveelt aan bij een reorganisatie van de sectorstructuur eerst te bepalen welke organiserende principe(s) leidend moeten zijn. Wat dat principe ook wordt, een effectieve structuur voor coördinatie en communicatie tussen de sectoren zal essentieel blijken te zijn. Ook op dat terrein ziet de commissie ruimte voor verbetering.

Samenstelling visitatiecommissie
De CPB Visitatiecommissie 2010 stond onder leiding van Martin F. Hellwig, directeur van het Max Planck Institute for Research on Collective Goods in Bonn, Duitsland.

De andere leden van de visitatiecommissie zijn:

  • Torben M. Andersen (Aarhus University, Denemarken)
  • Robin W. Boadway (Queen's University Kingston, Ontario, Canada)
  • Jørgen Elmeskov (OECD, Parijs, Frankrijk)
  • Rachel Griffith (University College London, Institute of Fiscal Studies, CEPR, Londen, VK)
  • Sweder van Wijnbergen (Universiteit van Amsterdam)

 Het secretariaat is verzorgd door Alexandra van Selm, met assistentie van Jante Parlevliet, beiden werkzaam bij de Sociaal-Economische Raad (SER).

Lees hier het bijbehorende persbericht.

Dit rapport bevat de bevindingen van de internationale wetenschappelijke visitatiecommissie die in 2010 het CPB en zijn werk heeft beoordeeld. Bij het overbruggen van de kloof tussen wetenschap en beleid levert het CPB, zo constateert de Visitatiecommissie, onderzoek van hoge kwaliteit. De methoden die het planbureau gebruikt, zijn up-to-date en gebruikelijk in de economische wetenschap. Het CPB heeft een duidelijke toegevoegde waarde voor het Nederlandse beleidsproces: het planbureau stelt een maatstaf die disciplinerend werkt voor het politieke debat, en zijn publicaties blijken invloedrijk.

De commissie doet ook een aantal aanbevelingen. De wetenschappelijke kwaliteit kan verbeterd door een meer systematische kwaliteitsborging (onder andere door publiceren in wetenschappelijke tijdschriften) en door middelen te verschuiven van modelbouw naar andere vormen van beleidsrelevant empirisch werk. Het CPB zou beleidsmakers, de media en het brede publiek uitgebreider moeten informeren over onzekerheden in ramingen en kosten-batenanalyses. Sommige publicatiereeksen kunnen beter op hun doelgroep worden toegesneden. De commissie waarschuwt voor versplintering van de capaciteit over teveel onderwerpen en beveelt een herbezinning op de werkplanprocedure aan, met inbegrip van de criteria voor het aansnijden en beëindigen van programma's en projecten. Minder detail in de ramingen maakt middelen vrij bijvoorbeeld voor verbetering in de kwaliteit van de ramingen. Tot slot ziet de commissie ruimte voor verbetering in de interne organisatie en in de coördinatie van de sectoren.

In de onderstaande bijgevoegde publicatie presenteert het CPB zichzelf aan de visitatiecommissie die in 2010 het CPB zal bezoeken. Deze publicatie is Engelstalig.