1 januari 1995

AIECE Werkgroep Rapport- Herfst 1995; wereldhandel en wereldgrondstoffenprijzen 1994-1996

De documenten die aan deze publicatie ten grondslag liggen, zijn de half-jaarlijkse verslagen van twee werkgroepen van de AIECE, waarin het CPB actief deelneemt.

De verslagen, gepresenteerd namens de werkgroepen, zijn een samenstelling van de opvattingen van een groot aantal instituten en hebben als zodanig hun waarde. Zij geven niet noodzakelijkerwijs de mening weer van het rapporterende instituut. De AIECE is de vereniging van Europese conjunctuur instituten, (in het Frans: Association d'Instituts Europeens de Conjoncture economique), opgericht in 1957.

De AIECE omvat 42 leden en onderzoeksinstituten, die 20 landen en 4 internationale organisaties (EU, OESO, IMF en ECE) vertegenwoordigen. Het lidmaatschap staat open voor onafhankelijke Europese instituten die betrokken zijn bij onderzoek naar economische ontwikkeling en macro-economische prognoses. Onafhankelijkheid wil zeggen dat zij niet direct betrokken zijn bij het uitvoeren van het economisch beleid en geen bepaalde economische belangen vertegenwoordigen. De belangrijkste doelstelling van de vereniging is om de uitwisseling tussen de leden te intensiveren gericht op het verbeteren van het inzicht in internationale economische ontwikkelingen.

Het CPB is lange tijd lid van deze organisatie, die wordt gezien als een waardevol platform voor het uitwisselen van denkbeelden met voornamelijk niet-gouvernementele instellingen, naast de officiële contacten die het CPB onderhoudt met in het bijzonder de OESO en de EU. Bovendien is het een nuttige bron van informatie bij het maken van CPB-prognoses.

Twee keer per jaar worden wereldwijde economische vraagstukken besproken in de plenaire vergaderingen van de AIECE. Belangrijke punten op de agenda zijn het algemene verslag over de Europese conjunctuur, bij toerbeurt gemaakt door een van de instituten, en de presentatie van geselecteerde speciale studies. Twee permanente werkgroepen brengen verslag uit over respectievelijk de ontwikkeling van de grondstoffenprijzen op de wereldmarkt en over de wereldhandel. In een speciale zitting worden de rapportages besproken ten aanzien van de langere termijn voorspellingen en structurele veranderingen. Deze rapporten zijn bedoeld om een algemeen oordeel te geven over de ontwikkelingen op de respectievelijke terreinen. Omdat de resultaten ook voor een breder publiek interessant kunnen zijn, publiceert het CPB het werkgroep-rapport in zijn Werkdocumenten-reeks.

In de herfst van 1996 heeft het Duitse HWWA-instituut verslag gedaan over de mondiale ontwikkeling van de handel namens de Werkgroep Buitenlandse Handel. De analyses zijn grotendeels gebaseerd op de prognoses aangeleverd door het lid-instituten met betrekking tot hun eigen land. De werkgroep houdt zich vooral bezig met niet-Europese ontwikkelingen, en plaatst de Europese cijfers in mondiaal verband. De veronderstellingen met betrekking tot de internationale variabelen (de olieprijzen, de dollarkoers, enz.) worden ondersteund door een meerderheid van de leden en maken het soms nodig wijzigingen aan te brengen in de door de respectievelijke instituten verstrekte gegevens voor hun eigen land (de meest recente CPB-analyses zijn te vinden in: Macro Economische Verkenning 1996, september 1995).

Samenvattende tabellen met bijvoorbeeld de groei van de markt, berekende invoerprijzen en uitvoerprijzen van de concurrenten geven de instituten de kans hun prognoses opnieuw te beoordelen. Het verslag van de Werkgroep Buitenlandse Handel bevat een speciale bijdrage van het Nederlandse CPB. Hierin wordt het verband onderzocht tussen het wereldhandelsvolume en economische groei. Het Belgische IRES-instituut rapporteerde namens de Werkgroep Grondstoffenprijzen.

De groep wordt gevormd door specialisten op het gebied van grondstofprijzen van de bij de AIECE aangesloten instituten. Hun halfjaarlijkse rapport evalueert recente ontwikkelingen van grondstoffenprijzen en presenteert, uitgaande van een aantal basisaannames, gedetailleerde prijsprognoses voor een groot aantal goederengroepen voor het komende anderhalf jaar. Om technische reden wordt in het verslag uitgegaan van vaste wisselkoersen, dat is het meest opvallende verschil met de aanpak van de Werkgroep Handel. Omdat er inderdaad een uitwisseling van informatie tussen de werkgroepen plaatsvindt, zijn andere verschillen in basisaannames meestal beperkt.

Dit is een Engelstalige publicatie.

Helaas is de pdf-file niet compleet: alle grafieken ontbreken; de tabellen van de Statistische Bijlage aan het einde van het eerste verslag ontbreken; het gehele tweede verslag (wereldgrondstoffenprijzen 1994-1996) ontbreekt.