11 juli 2003

Concurrentie op Europese energiemarkten: tussen beleidsambities en practische beperkingen

Liberalisering elektriciteitsmarkt: lagere prijzen bij goede institutionele vormgeving

Persbericht
Liberalisering van de elektriciteitsmarkt zal leiden tot lagere prijzen voor consumenten als de markt goed is opgezet. Een goede opgezette elektriciteitsmarkt kent voldoende aanbieders van stroom, een dagmarkt waar aanbieders en vragers dagelijks met elkaar kunnen handelen, en voldoende grensoverschrijdende transportcapaciteit.

De goed opgezette markt kent ook een transparante nationale regulering van netwerken. Wanneer een markt niet goed is opgezet, blijven deze resultaten uit en kan liberalising leiden tot hogere elektriciteitsprijzen.

Dit zijn de belangrijkste conclusies uit CPB Document 33, Competition on European Energy Markets: Between policy ambitions and practical restrictions. Dit document beschrijft de achtergrond en de doelstellingen van het Europese liberalisingsbeleid, verklaart waarom de doelen nog niet zijn bereikt, en bediscussieert de uitdagingen voor de overheid. Het document behandelt met name de elektriciteitsmarkt, maar schenkt ook enige aandacht aan ontwikkelingen op de gasmarkt.

De vijf jaar geleden in gang gezette liberalisering van elektriciteitsmarkten in Europa heeft nog niet overal geleid tot de beoogde toename van de concurrentie met een daaraan gekoppelde verlaging van elektriciteitsprijzen. Marktdominantie van grote bedrijven in een aantal landen en een tekortschietende grensoverschrijdende transportcapaciteit belemmeren de totstandkoming van een Europese elektriciteitsmarkt. Het ontbreken van een gecoördineerd beheer van het internationale hoogspanningsnet leidt er toe dat elektricteitsbedrijven soms moeilijk in andere landen stroom kunnen aanbieden.

In de Scandinavische landen en in het Verenigd Koninkrijk is de ontwikkeling van de elektriciteitsmarkt al ver gevorderd. Dominante bedrijven ontbreken daar, terwijl goed functionerende dagmarkten vraag en aanbod transparant maken. Deze maatregelen hebben geleid tot meer concurrentie tussen de stroomproducenten en daardoor tot lagere prijzen.

Om de liberalisering van de elektriciteitsmarkt goed van de grond te krijgen, zullen overheden in andere landen tegenwicht moeten bieden aan het streven naar marktmacht door producenten, de transportcapaciteit vergroten, de ontwikkeling van transparante markten bevorderen, en nationale regels voor toegang tot netwerken op elkaar afstemmen.

Private bedrijven zullen niet snel investeren in zogenaamde piek-capaciteit, dat is de productiecapaciteit die alleen gebruikt wordt als de elektriciteitsvraag incidenteel heel hoog is. De opbrengsten daarvan zijn onzeker en gering in vergelijking met de kosten die gemaakt moeten worden om de capaciteit permanent ter beschikking te hebben. Dit hangt in belangrijke mate samen met politieke keuzes om dagelijkse veranderingen in de schaarste op de markt niet in de elektriciteitsprijs voor consumenten tot uiting te laten komen. Ook wanneer dat wel geval zou zijn, zullen bedrijven waarschijnlijk niet investeren in reservecapaciteit die heel incidenteel gebruikt zal worden. Dit risico vraagt om aanvullend beleid om de leveringszekerheid te bevorderen. Gedacht kan worden aan het opzetten van een capaciteitsmarkt, waarbij de bedrijven betaald worden voor het hebben van de capaciteit.

Het CPB Document beschrijft ook het proces van liberalisering in de landen die binnenkort tot de EU zullen toetreden. Daaruit blijkt dat de snelheid waarmee de markten worden geopend, sterk verschilt tussen deze landen, net als overigens het geval is tussen de huidige EU-landen.

Lees ook het bijbehorende persbericht.

Vijf jaar na het in gang zetten van het proces van liberalisering van de electriciteitsmarkt staan de dominante positie van grote nutsbedrijven, gebrek aan internationale overdrachtscapaciteit en nationaal energiebeleid het ontstaan van concurrende energiemarkten in Europa in de weg. Als gevolg hiervan is de verwachte neerwaartse convergentie van de electriciteitsprijzen voor EU-bedrijven en EU-consumenten slechts gedeeltelijk gerealiseerd. Gevestigde nutsbedrijven hebben nog steeds een sterke positie op sommige nationale electriciteitsmarkten. Door (inter)nationale fusies vergroten zij hun marktaandeel op Europees niveau. Als gevolg daarvan blijft de prijs van electriciteit op een hoger niveau dan de kosten van het produceren van electriciteit. Daarbij komt nog dat producenten sterke prikkels missen om hun kosten te verlagen en om nieuwe productietechnieken te ontwikkelen door het ontbreken van sterk concurrerende krachten op de markt.

Het document laat zien dat liberalisatie van de electriciteitsmarkt de concurrentie doet toenemen, onder de voorwaarde dat adequate institutionele afspraken worden gemaakt. Dit vereist, in het algemeen, strijden tegen overheersende posities van producenten door het opsplitsen van grote gevestigde nutsbedrijven en het toepassen van adequaat toezicht bij fusies, het vergroten van de capaciteit van interconnectors tussen de verschillende lidstaten, het vestigen van spotmarkten op een internationaal niveau en het aanmoedigen van transparant nationaal beleid op het gebied van productie, transport en handel.

Dit is een Engelstalige publicatie.

Auteurs

Machiel Mulder
S. Speck

Lees meer over