5 juni 2015

Lessen uit zeven jaar stagnatie in de eurozone

Drie lessen uit zeven jaar stagnatie in de eurozone

Persbericht
Er zijn drie lessen te trekken uit de financiële crisis van de afgelopen zeven jaar.

Ten eerste dat voorkomen beter is dan genezen en dat geldt met name voor excessieve schuldenproblemen. Ten tweede moeten individuele economieën in de eurozone voldoende robuust zijn tegen schokken. Dat betekent een flexibele economische structuur en een gezonde uitgangspositie van de overheidsfinanciën. Ten derde moet de balans goed zijn tussen nationale en supranationale beleidskaders. De afgelopen jaren zijn de Europese kaders voor bankentoezicht, budgettair en monetair beleid al substantieel aangepast, maar of dat voldoende is om een recessie te voorkomen bij nieuwe grote schokken op de financiële markten moet verder worden onderzocht. Dat concluderen CPB-onderdirecteur Clemens Kool en -onderzoeker Jasper Lukkezen in de vandaag verschenen CPB Policy Brief 'Lessen uit zeven jaar stagnatie in de eurozone'.

Volgens de onderzoekers is het te vroeg om te concluderen dat de periode van zeer lage groei definitief voorbij is. Op korte termijn moet nog rekening gehouden worden met het kwetsbare karakter van het huidige herstel. Met het oog op de lange termijn is het verstandig om waar nodig structurele hervormingen door te voeren op arbeids- en productmarkten. Tegelijk kan de financiële ruimte die er is binnen het Stabiliteits- en Groei Pact (SGP), worden benut om de negatieve effecten van hervormingen op korte termijn op te vangen. Daarnaast is het verstandig een snellere en efficiëntere afwikkeling van balansproblemen van huishoudens en niet-financiële bedrijven mogelijk te maken.

Ook is het mogelijk om publieke investeringen in bijvoorbeeld infrastructuur naar voren te halen met een positieve netto contante waarde, zowel voor individuele lidstaten als in Europees verband. Hiervoor is reeds het plan-Juncker, van de voorzitter van de Europese Commissie, opgezet. De onderzoekers vinden het te vroeg om te oordelen over de effecten van de kwantitatieve verruiming door de Europese Centrale Bank.

De lange periode van lagere groei heeft tot een permanent niveauverlies van inkomen geleid, doordat investeringen zijn achtergebleven. Langdurig werklozen hebben vaardigheden verloren. Maar het lijkt minder waarschijnlijk dat de groei op lange termijn is aangetast, omdat uiteindelijk groeiversterkende factoren, zoals demografische en technologische ontwikkeling, dominant zijn. Balansproblemen vormen een rem op de economische groei, maar lossen zichzelf waarschijnlijk zelfs zonder ingrijpen op, zij het langzaam en tegen hoge kosten.

Lees ook het bijbehorende CPB Achtergronddocument.

Lees ook het bijbehorende persbericht, het bijbehorende CPB Achtergronddocument, de CPB Notitie en het CPB Acchtergronddocument 'Macro-economie bij balansproblemen en in de liquiditeitsval'.

Ten eerste is voorkomen beter dan genezen en dit geldt met name voor excessieve schuldenproblemen. Ten tweede moeten individuele economieën in de eurozone voldoende robuust zijn tegen schokken. Dat betekent een flexibele economische structuur en een gezonde uitgangspositie van de overheidsfinanciën. Ten derde is verdere aandacht voor de balans tussen nationale en supranationale beleidskaders vereist. Onder invloed van de crisis zijn de afgelopen jaren de Europese kaders voor bankentoezicht, budgettair en monetair beleid al substantieel aangepast. Of dat voldoende is om nieuwe grote schokken te accommoderen zonder dat deze tot een nieuwe grote recessie leiden, verdient verder onderzoek.

De eurozone-economie is nu even groot als bij de start van de financiële crisis zeven jaar geleden. Het is aannemelijk dat deze lange periode van lagere groei tot een permanent niveauverlies in inkomen leidt, doordat investeringen achterblijven en langdurig werklozen vaardigheden verliezen. Het lijkt echter minder waarschijnlijk om ook op langere termijn nauwelijks groei te verwachten. Immers, op lange termijn zijn factoren zoals demografische en technologische ontwikkeling dominant. Balansproblemen lossen zichzelf waarschijnlijk ook zonder ingrijpen op, zij het langzaam en tegen hoge kosten.

Het is echter te vroeg om te concluderen dat de periode van zeer lage groei definitief voorbij is. Om de eurozone tegen het neerwaartse risico te wapenen, is het belangrijk om waar nodig structurele hervormingen door te voeren. Om de negatieve kortetermijneffecten van die hervormingen op te vangen, is het verstandig de ruimte die er binnen het Stabiliteits- en Groei Pact (SGP) hiervoor is, te gebruiken. Kansrijk zijn hervormingen op arbeids- en productmarkten en hervormingen die afwikkeling van balansproblemen vergemakkelijken. Dit geldt in de huidige situatie ook voor het naar voren halen van publieke investeringen met een positieve netto contante waarde, zowel voor individuele lidstaten als Europees. Voor dit laatste is het Junckerplan opgezet. Het is te vroeg om te oordelen over de effecten van de kwantitatieve verruiming door de Europese Centrale Bank.

Auteurs

Jasper Lukkezen
Clemens Kool