23 april 2012

Plausibiliteitstoets premiedifferentiatie en eigenrisicodragen ZW en WGA

De werkgeversprikkels voor preventie en re-integratie van zieke en arbeidsongeschikte werknemers zijn thans minder sterk voor werknemers met een flexibel contract dan voor werknemers met een vast contract.
No title

Het ministerie van SZW stelt voor om de werkgeversprikkels gelijk te trekken, zodat werknemers met een flexibel contract minder vaak een beroep zullen doen op ziekte- en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Het voorstel beoogt het creëren van een gelijk speelveld voor private verzekeraars en UWV bij de uitvoering van de vangnet-ZW en WGA voor werknemers met een flexibel contract. In deze notitie wordt ten eerste geoordeeld of dit doel binnen bereik komt. Ten tweede wordt geoordeeld over de stabiliteit van het stelsel na de implementatie van het voorstel.

Werknemers met een flexibel contract die ziek of arbeidsongeschikt worden krijgen nu een uitkering die grotendeels wordt gefinancierd via sectorale premies (resp. vangnet-ZW en WGA). Voor werknemers met een vast contract betaalt de werkgever eerst twee jaar het loon door, terwijl voor de daaropvolgende periode van arbeidsongeschiktheid in principe een kostendekkende verzekeringspremie wordt afgedragen. De werkgeversprikkels voor effectieve preventie en re-integratie zijn dus kleiner bij werknemers met een flexibel contract dan bij een vast contract. De recente stijging van het aantal zieke en arbeidsongeschikte werknemers zonder vast contract hangt hier vermoedelijk mee samen. SZW stelt daarom voor om het stelsel voor werknemers met een flexibel contract gelijk te trekken met het bestaande stelsel voor werknemers met een vast contract.

In het bestaande stelsel voor de WGA kunnen werkgevers er voor kiezen om „eigenrisicodrager‟ te worden. Dat houdt in dat zij geen premie meer afdragen aan de Belastingdienst, maar aan een particuliere verzekeraar. In recente jaren werd de publieke WGA-premie dusdanig vastgesteld dat (ongeveer) sprake was van een gelijk speelveld tussen de private verzekeraars en de publieke uitvoerder UWV.

In deze notitie zijn achterliggende berekeningen van het ministerie van SZW niet beoordeeld op plausibiliteit. De gevolgen van het voorstel voor middelgrote werkgevers zijn bovendien niet expliciet in beeld gebracht. Het regime voor deze werkgevers ligt echter precies tussen dat voor de kleine en grote werkgevers in, zodat de gevolgen voor deze categorie uit deze notitie zijn af te leiden.

Downloads

Auteurs

Daniel van Vuuren
Machiel van Dijk

Lees meer over