Dit onderzoek laat zien dat keuzevrijheid in de ingangsdatum van de pensioenuitkering in de eerste pijler zowel de welvaart van laagopgeleiden als die van hoogopgeleiden kan verbeteren. →
De subwerkgroep Uniforme rekenmethodiek heeft het CPB gevraagd hoe de mate van onzekerheid van de pensioenuitkeringen in termen van koopkracht bepaald kan worden. →
Het CPB is gevraagd om de generatie-effecten van de versobering van de pensioenopbouw te bepalen en aan te geven welke pensioenopbouw de verschillende generaties kunnen en konden opbouwen. →