This publication is in Dutch, there is no English translation!
April 13, 2023
CPB Column - Leon Bettendorf

Een fris en fruitig misverstand

Photo of Leon Bettendorf
Wij eten te weinig groente en fruit. Daarom moet het btw-tarief op groente en fruit verlaagd worden. De eerste zin is correct, de tweede niet. In het regeerakkoord heeft de huidige coalitie afgesproken de btw op groente en fruit te verlagen van 9% naar 0%. In een brief aan de Tweede Kamer in oktober geeft het kabinet aan te streven naar een invoering van een btw-nultarief per 1 januari 2024. Veel economen hebben kritiek op dit plan.
Leon Bettendorf
wetenschappelijk medewerker of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis
Photo of Leon Bettendorf

Twee bureaus zijn gevraagd om het btw-stelsel te onderzoeken. SEO Economisch Onderzoek heeft afbakeningsvarianten voor een nultarief op groente en fruit beoordeeld (zie Brief van de regering). Dialogic & Significant Public heeft een brede evaluatie van het verlaagde btw-tarief gemaakt (zie Brief van de regering). Recent heeft het CPB gewaarschuwd dat de overheid terughoudend moet zijn met het beïnvloeden van gedrag via het belastingstelsel en wordt een afwegingskader voorgesteld om te bepalen of een belastinginstrument doeltreffend en doelmatig is. In deze blog benadruk ik twee hoofdbezwaren tegen het nultarief (zie ook Cnossen).

Consumptie 

Ten eerste, als het doel is de consumptie van groente en fruit door vooral lage inkomensgroepen te stimuleren dan is een nultarief geen geschikt instrument. Om dit te laten zien verdelen we alle huishoudens in twee groepen van gelijke omvang op basis van hun besteedbaar inkomen: een groep met de 50% laagste inkomens en een groep met de 50% hoogste inkomens. Uit het budgetonderzoek van 2020 blijkt dat een gemiddeld huishouden in de eerste groep jaarlijks 800 euro aan groente en fruit uitgeeft en in de tweede groep 1400 euro. Als we voor het gemak inflatie en gedragseffecten negeren, betekenen deze bedragen dat door de afschaffing van de btw de meest welvarende groep straks een cadeau krijgt van 126 euro, en de armste helft 72 euro. Subsidies gaan als het ware vooral betaald worden aan huishoudens die al veel uitgeven aan groente en fruit of aan huishoudens met een voldoende hoog inkomen. Als lage inkomens sterker gaan reageren op de prijsdaling dan  hoge inkomens, zou deze berekening kunnen veranderen maar dat verwachten wij niet (De SEO schat een gemiddelde prijselasticiteit van 0,5). Deze omgekeerde solidariteit geldt trouwens breder voor de toepassing van het verlaagd btw-tarief van 9%. Het verlaagde tarief verlicht de belastingdruk het minst voor de minst draagkrachtige huishoudens en het meest voor de meest draagkrachtige huishoudens (zie de evaluatie door Dialogic & Significant Public). 

Het tweede bezwaar is dat een bijkomende btw-productgroep leidt tot nieuwe afbakeningsproblemen (zie dit SEO-rapport). Op het eerste gezicht lijkt het simpel: alleen onbewerkte groente en fruit gaan vallen onder het nultarief, met uitsluiting van enige bewerking of toevoeging. Een appel geniet dus van het nultarief, maar appelmoes of een appeltaart blijft belast met het 9%-tarief. Een ongeschilde aardappel gaat dan vallen onder het nultarief maar een aardappel in schijfjes of blokjes niet? En wat gaan we doen met boontjes die direct na de oogst ingevroren of ingemaakt worden? Deze regel zou ook betekenen dat er niets gaat veranderen met groente en fruit die gegeten worden in een restaurant, zoals verse groente op een pizza of verse aardbeien op een ijscoupe. Lobbyisten gaan proberen om meer producten onder het nultarief te krijgen en de al overbelaste belastingdienst en rechtbanken vrezen een toename in het aantal geschilprocedures. De introductie van een nultarief leidt kortom tot hogere uitvoeringskosten en administratieve lasten. 

Gericht beleid

Als de verlaging van de btw geen geschikt beleid is om de consumptie van groente en fruit te bevorderen, moeten we   nadenken over beter gericht beleid. Naast meer voorlichting en gerichte inkomensondersteuning via sociale uitkeringen, valt te denken aan meer beleid in natura. In mijn lagere schooltijd dronken wij elke dag een beker melk, geschonken uit de melkplas door de Europese Gemeenschap (wie is er niet groot mee geworden?). De overheid kan groente en fruit in schoolmaaltijden subsidiëren (zie dit project). En de overheid kan meer groenten en fruit schenken aan voedselbanken. 

Mijn conclusie is: niet doen. De btw is vooral geschikt om de staatskas te vullen, niet om de consumptie van een specifieke groep te stimuleren. 

Leon Bettendorf

all columns and articles

Leon Bettendorf

wetenschappelijk medewerker of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis

Get in touch

Read more about