Je hele inkomen opeten
Yvonne Adema
Programmaleider of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy AnalysisGelukkig komt dit nu bijna niet meer voor in Nederland. Kinderen kunnen in ieder geval hun school afmaken en mensen hoeven geen honger te lijden. Toch zijn er nog steeds veel huishoudens die elke maand hun volledige inkomen uitgeven en niet kunnen sparen. Dit kan komen doordat ze te weinig inkomen hebben en elke maand de eindjes aan elkaar moeten knopen en daardoor helemaal geen vermogen kunnen opbouwen. Deze arme huishoudens zijn kwetsbaar voor bijvoorbeeld plotselinge prijsstijgingen (CPB, 2022). Maar er zijn ook ‘rijke’ huishoudens die wel veel vermogen hebben, maar dit niet direct kunnen gebruiken omdat het vast zit in hun huis of pensioen. Het gevolg van dit gebrek aan financiële buffers is dat bij tegenslag, bijvoorbeeld als deze mensen hun baan verliezen, ze hun uitgaven direct moet aanpassen. Dit maakt dat ook deze relatief rijke “hand-to-mouth”-huishoudens kwetsbaar zijn voor inkomensverlies. Op macroniveau zorgen deze htm-huishoudens ervoor dat de totale bestedingen in de economie sterker reageren op schokken, waardoor recessies dieper zijn.
Daling
Het goede nieuws is dat het aandeel htm-huishoudens in Nederland tussen 2010 en 2021 is gedaald. In 2010 was ongeveer 1 op 5 Nederlandse huishoudens hand-to-mouth (19 procent). Dit was vergelijkbaar met andere West-Europese landen. Maar dit aandeel daalde in 2017 naar 14 procent en in 2021 verder naar 12 procent. Dit is het op één na laagste niveau van de zeven West-Europese landen die we bestuderen, alleen in Oostenrijk is dit aandeel nog net wat lager. Vooral het aantal rijke htm-huishoudens met een eigen huis is sterk gedaald. Waarschijnlijk komt dit doordat de hypotheeklasten zijn gedaald door de lagere hypotheekrente en de aangescherpte regels rond het afsluiten van een hypotheek. Hierdoor kon deze groep huishoudens meer sparen en zijn ze dus beter in staat om inkomensschokken op te vangen.
Kwetsbare huishoudens
Tegelijkertijd zien we dat alleenstaande, vooral gescheiden, en laagopgeleide huishoudens vaker een “hand-to-mouth”-status hebben. Ook als je een tijdelijk contract hebt of werkloos bent, of als je een huis huurt, is de kans groter dat je geen geld overhoudt aan het eind van de maand om te sparen. Dit zijn de mensen die je ziet in een tv-programma als ‘Steenrijk, Straatarm’. Het gaat dan om mensen die alleenstaand zijn en in een sociale huurwoning wonen. Of om gezinnen waar beide ouders niet kunnen werken. Voor deze gezinnen lukt het maar net om rond te komen en ze kunnen financiële tegenslagen eigenlijk niet opvangen. Voor deze huishoudens helpt een sociaal vangnet en meer baanzekerheid. Beide stelt ze in staat om bij een tegenslag hun bestedingen beter op peil te houden.
Ontdoen van de htm-status?
Mijn pake heeft zich van zijn htm-jas kunnen ontdoen, ondanks dat hij zijn statistieken niet mee had: hij bleef laagopgeleid (ook al heeft hij in de avonduren zijn middenstandsdiploma gehaald) en hij heeft zijn hele leven een huis gehuurd. Maar hij had het geluk dat hij een vaste baan kreeg en daarmee bestaanszekerheid. Daardoor kon hij sparen en kon het gezin op vakantie in een tenthuisje op Ameland, konden zijn kinderen wel studeren en kon hij tijdens zijn oude dag genoeg leuke dingen doen. In een vervolgonderzoek willen we in kaart brengen of het andere htm-huishoudens ook lukt om, net als mijn pake, zich te ontdoen van hun htm-status.
Yvonne Adema
- more about Yvonne
Yvonne Adema
Programmaleider of the CPB Netherlands Bureau for Economic Policy Analysis
- more about Yvonne
Recent CPB columns
- Kinderwetje uit 1874 nog steeds actueel - Frits Bos
- Misverstanden plagen aanpak van productiviteit - Pieter Hasekamp
- De sleutel tot meer woongenot - Jurre Thiel