15 februari 2007

Allocatie van radiospectrum: vergunningen versus vergunningvrij

Gebruik van radiospectrum voor draadloze communicatie gaat gepaard met een negatieve externaliteit, interferentie genaamd. De gangbare reactie hierop was het gebruik van radiospectrum te verbinden aan restrictieve vergunningen.

Toenemende schaarste van spectrum heeft geleid tot herziening van het allocatiebeleid, met als doel meer doelmatig en innovatief gebruik van spectrum te bevorderen. Twee mogelijke beleidsalternatieven spelen een hoofdrol in deze discussie: een meer flexibel vergunningsregime waarbij vergunningen ook verhandeld kunnen worden, en een vergunningvrij regime, waarbij slechts beperkingen aan de te gebruiken apparatuur worden gesteld. We bespreken in dit memorandum, in een welvaartseconomisch kader, de achtergronden van deze alternatieven, en geven een overzicht van de afwegingen tussen de twee op het gebied van efficiëntie, marktmacht en innovatie.

Auteurs

Gijsbert Zwart