4 september 2013

Decentralisaties in het sociaal domein

CPB inventariseert kansen en risico’s decentralisaties

Persbericht
Het CPB heeft een globale inventarisatie gemaakt van de financiële kansen en risico’s van de drie grote decentralisaties uit het Regeerakkoord: de Jeugdwet, de WMO 2015 en de Participatiewet. Dit is gebeurd op verzoek van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en Financiën en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten.
No title

Zoals vanaf de aanvang van het project bekend was, is de inventarisatie zowel voorlopig als globaal, aangezien de financiële invulling van de decentralisaties, die per 1 januari 2015 hun beslag moeten krijgen, nog onbekend is. Net als de budgetverdeelmodellen en de juridische en beleidsmatige randvoorwaarden. Op basis van deze inventarisatie onderscheidt het CPB een aantal kansen en risico’s. De belangrijkste kansen van de decentralisaties die nu zijn te onderscheiden, zijn:

  • Er zijn in potentie belangrijke economies of scope. Door de concentratie van uitvoeringstaken in het sociale domein kunnen gemeenten het aanbod van voorzieningen gerichter laten aansluiten bij de vraag en de mensen. Door de concentratie van taken op één niveau wordt afwenteling op andere regelingen minder aantrekkelijk.
  • De prikkels voor doelmatige uitvoering worden sterker, omdat de gemeenten vanaf 2015 risicodragend worden, hetgeen kan leiden tot daling van het gebruik en/of de prijs van voorzieningen.

Maar risico’s zijn er ook:

  • Decentrale uitvoering kan ook schaalnadelen hebben, bijvoorbeeld door versnippering van kennis en inkoopmacht. Zeker bij kleinere gemeenten kan een cumulatie van financiële risico’s optreden. Gemeenten hebben slechts beperkte mogelijkheden om zelf meer inkomsten te genereren uit het eigen belastinggebied, of om eigen bijdragen te vragen.
  • Ook kunnen er verschillen in kwaliteit en niveau van de voorzieningen tussen gemeenten ontstaan. Dat hoeft niet problematisch te zijn, als er sprake is van maatwerk. Bovendien is er democratische controle door de gemeenteraad op het voorzieningenniveau. Als de kwaliteit van voorzieningen niet goed meetbaar is, is het denkbaar dat er door beleidsconcurrentie een race to the bottom ontstaat, waardoor het algemene kwaliteitsniveau van de voorzieningen lager komt te liggen dan maatschappelijk wenselijk is.

De inventarisatie is het eerste product van het nieuwe CPB-onderzoeksprogramma decentralisaties, dat is gestart op verzoek van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het ministerie van Financiën en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten. Het onderzoek loopt tot 2017.

Lees ook het bijbehorende persbericht.

Voor deze rapportage is de voorliggende financiële en beleidsmatige informatie inzake de drie decentralisaties in het sociaal domein integraal bezien en wordt op hoofdlijnen geschetst welke kansen en risico’s hieraan te relateren zijn. 1) de definitieve versie van de wetsvoorstellen,  2) de (macro) bedragen gemoeid met de overheveling van taken naar gemeenten, en 3) de concreet gespecificeerde budgetverdeelmodellen op basis van objectieve gegevens kunnen aanleiding zijn tot andere en / of meer gedetailleerde inzichten.

 

Lees ook de vervolgrapportage (juli 2014).

Downloads

Auteurs

Paul Besseling
Johannes Hers
Krista Hoekstra
Leida Lamers
Ilaria Mosca
Ruud Okker

Lees meer over