19 december 2002

Economische Verkenning 2004-2007

Tegenvaller van 10 miljard voor nieuw kabinet

Persbericht
Het nieuw te vormen kabinet krijgt te kampen met een tegenvaller van circa 10 miljard euro. Dat komt vooral door lagere inkomsten als gevolg van de trage economische groei.

Niet alleen voor komend jaar zijn de vooruitzichten sterk verslechterd, ook voor de middellange termijn wordt nu gerekend op 0,25% minder groei per jaar dan ten tijde van het Strategisch Akkoord. Door hogere pensioenpremies krijgt de overheid minder belasting binnen. Bovendien stijgen de uitgaven voor werkloosheidsuitkeringen en moet de overheid als gevolg van de oplopende tekorten meer rente betalen.

Dit blijkt uit de Economische Verkenning 2004-2007 die het Centraal Planbureau (CPB) heeft opgesteld met het oog op de komende verkiezingen voor de Tweede Kamer en de daarop volgende formatie van een nieuw kabinet. De volledige publicatie is vanaf donderdag 19 december beschikbaar, zowel in boekvorm als op de website van het CPB (www.cpb.nl).

Begin deze maand rapporteerde het CPB al dat de vooruitzichten voor de economische groei voor dit en volgend jaar fors tegenvallen (Economierapportage aan de Tweede Kamer en CPB Report 2002/4). Nu is ook de verwachting voor de economische groei in latere jaren neerwaarts bijgesteld. In het voorzichtige scenario dat is gebruikt voor het Strategisch Akkoord, werd nog gerekend met een groei van 2,5% per jaar voor de periode 2003-2006, in de nieuwe berekeningen wordt voor de periode 2004-2007 een groei van 2,25% per jaar aangehouden.

De bijstelling van de economische groei komt voor een belangrijk deel door een lagere toename van het arbeidsaanbod. De nieuwe bevolkingsprognose van het CBS wijst op minder snelle groei van de bevolking, met name door een lager migratiesaldo. Verder leidt de verschuiving van de beschouwde periode (van 2003-2006 naar 2004-2007) tot een daling van de gemiddelde groei van het arbeidsaanbod omdat deze in 2007 door de vergrijzing lager is dan die in 2003.

Op basis van de teleurstellende ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit in de laatste jaren is ook de raming van de structurele productiviteitsgroei voor de komende jaren neerwaarts bijgesteld. Deze bijstelling geldt niet alleen voor Nederland maar ook voor andere landen. Zo hebben internationale organisaties hun ramingen voor de potentiële groei in de VS en Europa recentelijk neerwaarts bijgesteld.

Na de sterke stijging van de werkloosheid die voor 2003 wordt verwacht, voorziet het voorzichtige groeiscenario in een verdere oploop van de werkloosheid tot 6% van de beroepsbevolking in 2007. Een belangrijke oorzaak is de geringe economische groei in 2003. Hierdoor zal de vraag naar arbeid in latere jaren aanvankelijk achterblijven bij het aanbod. Pas na verloop van tijd zorgt de aantrekkende productiegroei voor een herstel van de vraag naar arbeid en kan de werkloosheidsvoet stabiliseren.

Ten opzichte van het Strategisch Akkoord verslechtert de budgettaire positie in 2006 met ruim 2% van het Bruto Binnenlands Product (BBP), ofwel circa 10 mld euro. Bijna de helft van deze verslechtering was al zichtbaar in de begin december gepubliceerde nieuwe raming voor 2003. Tegenvallende economische groei, oplopende werkloosheid en sterk stijgende pensioenpremies vormen de verklaring voor het oplopende begrotingstekort (EMU-saldo) in 2003. Dezelfde factoren versterken de tegenvaller in de periode 2004-2007. Door de oplopende tekorten neemt de overheidsschuld in absolute zin weer toe, met hogere rentelasten als gevolg. Als percentage van het BBP blijft de overheidsschuld nog wel iets dalen, maar aanzienlijk minder snel dan bij het Strategisch Akkoord.

Het EMU-tekort komt in 2007 uit op 1,1% van het BBP, evenveel als in 2003. Door diverse incidentele en conjuncturele factoren komt het tekort in de tussenliggende jaren aanzienlijk slechter uit. Naar verwachting loopt het tekort op tot 2% van het BBP in 2005. Dit hangt vooral samen met het tijdpad voor de economische groei. Zowel de vertraagde doorwerking van de lage groei in 2003 als een langzaam conjunctureel herstel in 2004 drukken de groei van de belasting- en premie-inkomsten.

Op verzoek van het kabinet is zoveel mogelijk uitgegaan van de maatregelen uit het Strategisch Akkoord. Hierdoor sluiten de budgettaire cijfers grotendeels aan bij de meerjarencijfers van de Miljoenennota 2003. Indien was gerekend met beleidsarme uitgangspunten (zonder de maatregelen uit het Strategisch Akkoord) zouden de uitkomsten voor BBP-groei, begrotingssaldo en werkloosheid niet wezenlijk anders zijn. Dit komt doordat in het Strategisch Akkoord het overgrote deel van de beoogde verbetering van het begrotingssaldo in 2003 is gepland. In latere jaren lopen de ombuigingen weliswaar verder op, maar daar staan vrijwel even grote uitgavenverhogingen tegenover.

De Economische Verkenning 2004-2007 is (gratis) beschikbaar als PDF-file.

Lees ook het bijbehorende persbericht.

De Economische gevolgen van het Strategisch Akkoord zijn geanalyseerd in CPB Document 22, tegen de achtergrond van de eerdere verkenning. Het cijferbeeld van deze analyse vormt de basis voor de Miljoenennota 2003.

Voor de komende verkiezingen, en de daarop aansluitende kabinetsformatie, bestaat wederom behoefte aan een geactualiseerde verkenning. Een actualisatie is nodig om een aantal redenen. In de eerste plaats is de horizon een jaar opgeschoven: de komende regeerperiode bestrijkt de jaren 2004-2007. In de tweede plaats is inmiddels het economisch beeld voor de jaren 2002-2003 bijgesteld, zie daarvoor CPB Report 2002/4. Nationaal en internationaal is dit beeld belangrijk somberder dan het zich een half jaar geleden liet aanzien. Dit is ook aanleiding om de groeimogelijkheden voor de middellange termijn opnieuw te bezien, nu dus tot en met 2007.

Downloads