Het zwarte gat: reëel probleem of fata morgana?
Nederlandse besparingen lijken te verdwijnen in wat door Arnold Kusters in de jaren negentig "het zwarte gat" werd genoemd. Het gaat om grote bedragen. Tussen 1990 en 2009 is de groei van het netto vermogen ongeveer 200 mld euro kleiner dan op grond van de Nederlandse besparingen zou worden verwacht.
Dit document geeft een overzicht van recent onderzoek over dit onderwerp dat vooral door Wim Boonstra is verricht. Ingegaan wordt op de oorzaken en de mogelijke economische consequenties van het "zwarte gat". Voor een belangrijk deel wordt de externe vermogenspositie bepaald door de prijzen van de activa en passiva, die sterk kunnen fluctueren.
De effecten van deze fluctuaties op de reële economie zijn moeilijk te kwantificeren. Daarom lijkt de bruikbaarheid van het concept voor de economische beleidsanalyse voorlopig beperkt.