Keep on dreaming
Jonneke Bolhaar
Sectorhoofd bij het Centraal PlanbureauNog een keer eindexamen doen: voor mij een nachtmerrie, maar voor sommige middelbare scholieren een gekoesterde droom. Ze hebben in het voorjaar eindexamen gedaan en dat smaakte naar méér. Met een welverdiende vakantie achter de rug zijn ze net weer begonnen aan het schooljaar, om over een kleine twee jaar opnieuw eindexamen te doen. Zij dromen ervan diploma-op-diploma te stapelen.
Serieuze zorgen
Het CPB deed onlangs onderzoek naar stapelen van diploma’s. Omdat we in Nederland kinderen vroeg selecteren in verschillende typen middelbare scholen is de mogelijkheid om te stapelen cruciaal: het biedt de mogelijkheid aan laatbloeiers en aan scholieren met een te laag schooladvies om hun ambities waar te maken. Maar er zijn serieuze zorgen rondom stapelen (Onderwijsraad 2018, Onderwijsraad 2021, Inspectie van het Onderwijs 2021).
Want lang niet iedereen die ervan droomt nog een keer eindexamen te doen, krijgt die kans ook. Hoeveel er gestapeld wordt verschilt enorm tussen scholen: Op de 10% scholen met de meeste stapelaars stapelt bijna 40% van de vmbo-t leerlingen, terwijl dat op de 10% scholen met de minste stapelaars maar zo’n 5% is.
Hoe kunnen die verschillen zo groot zijn? Of je op je eigen school kunt stapelen speelt een rol, en als dat niet kan of er meer scholen in de buurt zijn. Maar een grote factor ligt bij scholen zelf: zij verschillen in de mate waarin ze leerlingen aanmoedigen dan wel ontmoedigen om te stapelen. Lang mochten scholen hun eigen eisen stellen aan iedereen die wilde stapelen. Sinds augustus 2020 mogen ze dat alleen nog voor vmbo-t leerlingen zonder extra eindexamenvak. Dat scholen enige eisen stellen, is vanuit hun oogpunt begrijpelijk: voor de efficiënte besteding van hun budget willen scholen het aantal leerlingen dat probeert te stapelen maar daarin niet slaagt klein houden. En het valt niet uit te sluiten dat voor menig school (en ouder..) mooie slagingspercentages ook niet geheel onbelangrijk zijn.
Minimumnorm
Als scholen eisen mogen stellen, hanteren ze vaak een minimumnorm op basis van cijfers om te bepalen of een leerling mag stapelen of niet. Met het idee dat leerlingen met hogere cijfers een hogere kans van slagen hebben als stapelaar. Maar klopt dat idee ook?
Het blijkt van niet. Op scholen waar veel gestapeld wordt, hebben stapelaars gemiddeld minder hoge cijfers op hun eerste diploma. Maar de slagingskans van stapelaars is vrijwel gelijk op scholen waar 40% van de leerlingen stapelt en scholen waar maar 5% van de leerlingen stapelt.
Door strenge eisen te stellen aan cijfers wordt een heel aantal leerlingen dat succesvol had kunnen stapelen de kans om te stapelen ontnomen. En dat heeft ook op de lange termijn grote gevolgen voor deze leerlingen. Want leerlingen van scholen met veel stapelaars komen uiteindelijk ook vaker in het hoger onderwijs terecht.
Nou hoor ik u denken: “Maar hoger is toch niet altijd beter? Waarom moet iedereen zoveel mogelijk naar het hoger onderwijs?” Helemaal mee eens: een land vol academici, maar niemand die je auto kan repareren als hij stuk is, daar hebben we niets aan. Maar draai het eens om: als een puber (bij wie school toch zelden in de top 3 favoriete tijdsbestedingen staat) heel gemotiveerd is en ervan droomt om nog een keer eindexamen te mógen doen, moeten we haar/hem die kans dan ontnemen? Ik weet het antwoord wel.
Een droom waarin je diploma ontnomen wordt is even schrikken, maar een werkelijkheid waarin je niet eens de kans krijgt dat diploma te behalen is pas echt een schrikbeeld.
Jonneke Bolhaar
- meer over Jonneke
alle columns en artikelen
Recente CPB columns
- Van wie is de ruimte? - Jeroen Hinloopen
- Kinderwetje uit 1874 nog steeds actueel - Frits Bos
- Misverstanden plagen aanpak van productiviteit - Pieter Hasekamp
alle columns en artikelen