Wikken tussen twee zorgen
Timo Lambregts
wetenschappelijk medewerker bij het Centraal PlanbureauLees meer over onze raming in maart, en de daaropvolgende berichtgeving over de stijgende zorgpremies en de kwaliteit van zorg.
Laten we beginnen bij de zorgkosten. Zorg is na sociale zekerheid de grootste uitgavenpost op de rijksbegroting. Dit jaar stijgen de zorguitgaven naar verwachting tot bijna 100 miljard euro. De nominale premie stijgt mee om dat te kunnen blijven betalen. We betalen overigens maar ongeveer een kwart van de totale zorgkosten direct via de zorgverzekering en het verplicht eigen risico. Verder wordt de zorg grotendeels via belastingen en inkomensafhankelijke premies gefinancierd.
Zorguitgaven blijven toenemen
De zorguitgaven blijven de komende jaren groeien. Dat komt deels doordat de bevolking groeit en vergrijst. Ook stijgen de voor inflatie gecorrigeerde lonen in de zorg. De lonen in de zorg volgen namelijk de marktlonen om personeel aan te kunnen blijven trekken, terwijl de productiviteitsgroei in de zorg lager ligt. Daarnaast gebruiken we steeds meer en betere zorg. Er is immers, gelukkig, steeds meer mogelijk op medisch gebied. En naarmate ons nationale inkomen stijgt, stellen we hogere eisen aan de zorg.
Tezamen stijgen de zorgkosten zo sneller dan het bruto binnenlands product. Dat betekent dat er, bij ongewijzigd beleid, van elke euro die er verdiend wordt een groter deel naar de zorg gaat. Verschillende instanties, zoals de Wetenschappelijk Raad voor het Regeringsbeleid en de Sociaal-Economische Raad, hebben daarom hun zorgen geuit over de houdbaarheid van de zorgkosten op de langere termijn.
Kosten afwegen tegen baten
We geven niet voor niets veel geld uit aan zorg. Het doel van zorg is om mensen te helpen en waar mogelijk te genezen. Deels is de zorg daarin juist door de hogere uitgaven geslaagd. De gemiddelde levensverwachting is sinds de jaren ’50 met bijna 8 jaar gestegen. En ongeveer de helft van die stijging komt door nieuwe behandelingen voor hart- en vaatziekten, infectieziekten en kanker.
Om te bepalen of we de groeiende zorgkosten willen dragen, zullen we de kosten moeten afzetten tegen deze baten. Als we de gewenste hoogte van de zorguitgaven baseren op alléén het bruto binnenlands product of de op korte termijn beschikbare arbeid, lopen we het risico de baten van zorg uit het oog te verliezen. Dit terwijl deze mogelijke baten überhaupt de reden zijn dat we zorguitgaven doen.
Overwegingen
Twee inzichten helpen in te schatten met welke baten de groeiende zorguitgaven gepaard gaan. Ten eerste is een deel van de groei nodig om de zorg op hetzelfde niveau te houden. De zorgvraag neemt immers toe door vergrijzing en ook de voor inflatie gecorrigeerde kosten stijgen. Ten tweede gaat een deel van de groei naar kwaliteitsverbetering en nieuwe behandelingen. Of zulke groei net zo’n spectaculaire verbetering zal brengen als in het verleden is onzeker. Het redden van ieder volgend levensjaar wordt bijvoorbeeld steeds duurder.
Ook solidariteitsvoorkeuren zijn van belang bij de afweging van kosten en baten. We zagen al dat de zorg grotendeels collectief betaald wordt. Daarmee herverdeelt de zorg van hoge naar lage inkomens en van gezonde naar zieke mensen. Wanneer bijvoorbeeld wordt besloten om minder zorg dan vroeger collectief te financieren of de collectieve financiering anders vorm te geven, wordt deze herverdeling ook veranderd. Daarmee raken keuzes over de omvang van de collectieve zorgsector ook de solidariteit tussen hoge en lage inkomens en tussen zieke en gezonde mensen.
De rol van het CPB
Het is niet eenvoudig om tot een kosten-batenafweging in de zorg te komen. Uiteindelijk zullen daarvoor lastige politieke keuzes moeten worden gemaakt: Hoeveel willen we eigenlijk uitgeven aan zorg? Wat verwachten we daarvoor terug? En in hoeverre willen we bijdragen aan de zorg voor anderen?
Het CPB kan deze keuzes niet maken. Wel kunnen we helpen om de keuzemogelijkheden duidelijk te krijgen. Zo onderzoeken we de komende jaren welke gevolgen beleid gericht op de houdbaarheid van de collectieve zorguitgaven heeft voor de solidariteit. Ook bestuderen we met welke bredewelvaartsbaten zorg gepaard gaat.
Daarnaast evalueren we beleid. Op die manier proberen we meetbaar te maken of beleid de gewenste resultaten oplevert. En in hoeverre besparingen ten koste gaan van de kwaliteit. Zo constateerden we bij de afgelopen raming dat een stapeling van ombuigingen in de ouderenzorg waarschijnlijk ten koste gaat van de beloofde kwaliteit.
In september zorgt het CPB weer voor een nieuwe raming. Met onze inzichten lossen we de dilemma’s in de zorg natuurlijk niet op. Of de zorg voldoende kwaliteit voor de juiste prijs levert, is uiteindelijk een politiek oordeel. Wel maakt onze economische spiegel duidelijk dat het verminderen van de groei van de zorguitgaven kan leiden tot minder(e) zorg. En dat zorg nooit gratis is.
Timo Lambregts
- meer over Timo
alle columns en artikelen
Timo Lambregts
wetenschappelijk medewerker bij het Centraal Planbureau
- meer over Timo
Recente CPB columns
- Van wie is de ruimte? - Jeroen Hinloopen
- Kinderwetje uit 1874 nog steeds actueel - Frits Bos
- Misverstanden plagen aanpak van productiviteit - Pieter Hasekamp
alle columns en artikelen