8 november 2019

Gebruik (en niet-gebruik) van toeslagen in Nederland

Meer dan helft huurtoeslagen en kindgebonden budgetten moet achteraf gecorrigeerd worden

Persbericht
Meer dan de helft van de uitbetaalde huurtoeslagen en kindgebonden budgetten moet achteraf gecorrigeerd worden. Drie op de tien huishoudens vraagt te veel aan en moet daarom achteraf terugbetalen. Ook is er sprake van niet-gebruik. Dit blijkt uit een zojuist verschenen onderzoek van het Centraal Planbureau (CPB) naar gebruik en niet-gebruik van toeslagen in Nederland.
No title

In 2018 ontvingen ongeveer 6 miljoen huishoudens zo’n 12 miljard euro aan inkomensondersteuning via toeslagen. Het blijkt voor een huishouden lastig om vooraf in te schatten op hoeveel toeslag men recht heeft. Dat leidt tot terugvordering van toeslagen of tot nabetalingen. Onzekerheid over het jaarinkomen is hiervoor de belangrijkste verklaring.

Zowel bij huurtoeslag als bij het kindgebonden budget is sprake van niet-gebruik. Ongeveer 10% van de rechthebbenden maakt geen gebruik van huurtoeslag en 15% van de rechthebbenden doet geen beroep op het kindgebonden budget. Het gaat hierbij vaak om relatief kleine bedragen. Een deel van deze huishoudens maakt meerdere jaren achtereen geen gebruik van deze toeslagen, terwijl ze daar wel recht op hebben.

In 2018 ontvingen ongeveer 6 mln huishoudens zo’n 12 mld euro aan inkomensondersteuning via toeslagen (huurtoeslag, kindgebonden budget, zorgtoeslag en kinderopvangtoeslag). Het blijkt vaak lastig om vooraf in te schatten op hoeveel toeslag huishoudens recht hebben. Daardoor ontvangen ze regelmatig te veel of juist te weinig toeslag. Dat leidt tot terugvordering van toeslagen of tot nabetalingen. Ook is er sprake van niet-gebruik.

Dit onderzoek analyseert mogelijke verklaringen voor terugvorderingen, nabetalingen en niet-gebruik van de huurtoeslag en het kindgebonden budget, in de periode 2011-2016. Meer dan de helft van deze toeslagen moet achteraf gecorrigeerd worden. Daarnaast maakt ongeveer 10% van de rechthebbenden helemaal geen gebruik van huurtoeslag, en doet 15% van de rechthebbenden geen beroep op kindgebonden budget.

Onzekerheid over het jaarinkomen is een belangrijke verklaring voor onjuist gebruik en niet-gebruik. Ook de hoogte van de toeslag blijkt een rol te spelen: hoe kleiner het recht op toeslag, hoe groter de kans op niet-gebruik. Daarnaast zijn de hoogte van het inkomen en het vermogen belangrijke factoren. Ook blijkt niet-gebruik soms langdurig: een groep huishoudens ontvangt meerdere jaren achtereen geen huurtoeslag of kindgebonden budget, terwijl zij daar waarschijnlijk wel recht op hebben. 

Auteurs

Ernest Berkhout
Patrick Koot
Nicole Bosch

Lees meer over