22 augustus 2001

Blootstelling van de zakelijke dienstverlening aan internationale concurrentie

Kansen voor zakelijke dienstverlening bij internationale marktliberalisering

Persbericht
Marktregulering werpt in veel landen belemmeringen op voor internationale activiteiten van de zakelijke dienstverlening. Het verminderen van deze belemmeringen maakt welvaartswinsten mogelijk.

De welvaartswinsten bestaan vooral uit efficiëntere bedrijfsvoering, lagere prijzen en positieve uitstralingseffecten op het gebied van technologie, kennis en productkwaliteit. Bij een verdere openstelling en deregulering van buitenlandse markten verkeert de Nederlandse zakelijke dienstverlening in een goede uitgangspositie. Zij kan profiteren van de leereffecten ten gevolge van een vroegtijdige blootstelling aan buitenlandse concurrentie.

Dit blijkt uit het vandaag verschenen CPB Document 'Exposure of the business services industry to international competition'.

De zakelijke dienstverlening is één van de snelst groeiende bedrijfstakken in Nederland. De sector bestaat uit verschillende branches, uiteenlopend van softwarehuizen en consultants, tot ingenieursbureaus en schoonmaakbedrijven. De zakelijke dienstverlening opereert steeds meer over de nationale grenzen heen. Grote ondernemingen expanderen vooral door het opzetten van buitenlandse vestigingen, terwijl de middelgrote bedrijven de buitenlandse markten vooral betreden via exporten. Dat laatste geldt ook voor de gespecialiseerde kleine bedrijven die in internationale niche markten opereren.

Vooral grote ondernemingen in de bedrijfstak ondervinden directe concurrentie van buitenlandse aanbieders, en zijn zelf op buitenlandse markten actief.

Drie factoren beperken de buitenlandse concurrentie:

  • De eerste is van technische aard: zakelijke diensten zijn slechts beperkt internationaal verhandelbaar. De leverancier moet zijn product veelal zelf 'leveren' in het buitenland, ook al maakt de ICT-revolutie het steeds gemakkelijker het product langs elektronische weg te versturen.

  • Het belang van reputaties in de markt voor zakelijke dienstverlening vormt een tweede rem op buitenlandse concurrentie. Omdat de producten vaak niet gestandaardiseerd zijn en de prijzen slechts beperkt vergelijkbaar, worden veel aankoopbeslissingen gebaseerd op mond-op-mond informatie uit collega-bedrijven. De bedrijfstak kent een veelheid van kleine ondernemingen met vaak slechts een lokale reputatie en afzetkring. Voor hen is het moeilijk de informatiebarrière op buitenlandse markten te doorbreken.

  • De derde sta-in-de-weg voor uitbreiding van de internationale handel in zakelijke diensten is de marktregulering door nationale overheden. Vooral kennisintensieve diensten, zoals accountancy, juridische en belastingadvisering, architectuur en ingenieursdiensten, zijn in de meeste landen onderworpen aan tal van richtlijnen en verplichtingen. Deze hebben betrekking op de diensten zelf, op de kwalificaties van beroepsbeoefenaren en op de manier van bedrijfsuitoefening. Alleen al de nationale verschillen in reglementering vormen een belemmering voor vrije internationale handel in deze producten. Buitenlandse aanbieders van kennisintensieve zakelijke diensten hebben bovendien nog met diverse aanvullende eisen te maken (bijvoorbeeld de eis om een lokaal kantoor te hebben, het bezitten van de lokale nationaliteit, en herscholingsverplichtingen). Ook wanneer deze eisen niet als zodanig bedoeld zijn, kunnen ze toch effectieve obstakels zijn voor buitenlandse importen en de vestiging van buitenlandse concurrenten.

Van alle onderzochte landen behoren Nederland en het Verenigd Koninkrijk tot de landen waar de markt voor zakelijke diensten het meest geliberaliseerd is en waar buitenlandse bedrijven het gemakkelijkst toegang hebben. Door de relatief vroege blootstelling aan buitenlandse concurrentie zijn in Nederland efficiëntie- en leereffecten opgetreden. Nederlandse bedrijven in de zakelijke dienstverlening verkeren dan ook in een goede positie om hun afzet op buitenlandse markten te vergroten, zodra deregulering en liberalisering daar verder hun beslag krijgen.

Lees ook het bijbehorende persbericht.

Buitenlandse concurrentie heeft twee vormen. De ene betreft dienstenimporten afkomstig van buitenlandse dienstverleners en de andere betreft het opzetten van vestigingen in Nederland door buitenlandse dienstverleners. De internationalisatie van de Nederlandse sector Zakelijke dienstverlening wordt vergeleken met die in andere landen.

Het theoretische deel van het rapport verklaart waarom en wanneer individuele ondernemingen kiezen voor export, licentieverlening aan het buitenland en het opzetten van een buitenlandse vestiging. Belangrijk in de beslissingen is dat veel producten van zakelijke dienstverleners een hoge kennisintensiteit hebben, waarbij de kennis moeilijk beschermbaar is. Dit leidt ertoe dat bedrijven snel geneigd zijn te kiezen voor internationale expansie door middel van eigen buitenlandse vestigingen. Een veelheid van regels voor geïmporteerde buitenlandse diensten is een verdere redenen waarom de buitenlandse handel in zakelijke diensten vooralsnog beperkt is.

Het theoretisch raamwerk werd empirisch getoetst en met grosso modo met de feiten in overeenstemming bevonden. Beleidsmatig is van belang dat nationale regulering van zakelijke dienstverleners een substantiële invloed heeft op buitenlandse handel en directe investeringen. Dat geldt vooral voor kennisintensieve diensten. De Nederlandse en Engelse markten bleken in verhouding tot andere landen relatief open te zijn. Voor verdere welvaartswinsten zou de stofkam nogmaals door de bestaande regelgeving moeten, speciaal in verband met de buitenlandse concurrentie. Verder zijn welvaartswinsten te behalen door in Europees verband meer eenheid te brengen in regelgeving. Dit stimuleert handel en directe investeringen en leidt tot meer keuzevrijheid en lagere prijzen voor binnenlandse bedrijven die deze diensten afnemen.

Dit is een Engelstalige publicatie.

Auteurs

Henk Kox