29 mei 2002

De Europese economie op middellange termijn; rapport gepresenteerd aan de AIECE voorjaarsvergadering, Athene, 8-10 mei 2002

Medium-term prospects for economic growth in Europe less bright than for the US due to weaker growth of working age population

Persbericht
A working group of the leading European institutes projects the growth rate for Western Europe over the medium term at 2.5% per year, against almost 3.5% for the United States, assuming that in both regions actual output returns to potential in the end-year of the projection.

Onze verontschuldigingen, er is geen Nederlandse vertaling voor deze pagina.

Lees ook het bijbehorende persbericht.

Het bevat de vooruitzichten voor de Europese economie op middellange termijn, gelet op de laatste inzichten van de aangesloten Instituten. De inhoud van dit rapport weerspiegelt niet noodzakelijkerwijs de mening van het CPB. Deel één bespreekt het theoretische concept van de potentiële productie als basis voor middellange-termijn voorspellingen en analyses. Deel twee behandelt in vogelvlucht de structurele ontwikkelingen in de wereldeconomie over de periode 1970-2010. Deel drie gaat in op de meest recente middellange-termijn voorspellingen van de deelnemende Instituten. De Annex geeft inzicht in de details van deze voorspellingen.

Onder de veronderstelling dat de feitelijke productie in het laatste ramingsjaar gelijk is aan de potentiële productie, wordt voor West-Europa een gemiddelde groei voorzien van 2½% per jaar, hetgeen ongeveer gelijk is aan de groeivoet over de afgelopen 20 jaar. Voor de Verenigde Staten wordt de groei geraamd op bijna 3½%. De hogere groei in de Verenigde Staten moet hoofdzakelijk worden toegeschreven aan demografische factoren: productiviteitstrends per gewerkt uur verschillen niet veel. De groei van het BBP in de belangrijkste Centraal Europese landen wordt geraamd op 4½% per jaar.

In de meeste Europese landen ligt de werkloosheid nog boven het evenwichtsniveau, hetgeen helpt om de inflatie op middellange termijn onder controle te houden. Daarenboven wordt algemeen verwacht dat de euro aan kracht zal winnen, hetgeen de invoerkostenstijging van het eurogebied beperkt.

Voorts wordt verwacht dat de saldi op de overheidsrekeningen spoedig naar evenwicht zullen tenderen. De bruto staatsschuld van de EU als geheel zou kunnen dalen van 63% van het BBP in 2001 naar 56% in 2007. Echter, voor de Centraal Europese landen wordt een stijging van de overheidsschuld voorzien, zij het vanaf relatief lage niveaus.

Dit is een Engelstalige publicatie.