1 augustus 1999

Evenwichtswaarden en loonflexibiliteit in Europa

Equilibrium rates and wage flexibility in Europe

Persbericht
In een internationaal vergelijkend onderzoek naar de werking van de arbeidsmarkt blijkt Nederland goed te scoren. Nederland heeft een relatief lage evenwichtswerkloosheid en een relatief snelle aanpassing naar dat evenwicht toe. In andere landen, zoals bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk, Italië en Frankrijk, werkt de arbeidsmarkt minder goed.

In een internationaal vergelijkend onderzoek naar de werking van de arbeidsmarkt blijkt Nederland goed te scoren. Nederland heeft een relatief lage evenwichtswerkloosheid en een relatief snelle aanpassing naar dat evenwicht toe. In andere landen, zoals bijvoorbeeld het Verenigd Koninkrijk, Italië en Frankrijk, werkt de arbeidsmarkt minder goed.

Dit concludeert het Centraal Planbureau (CPB) in het recent gepubliceerde Onderzoeksmemorandum no 157, Equilibrium rates and wage flexibility in Europe, geschreven door Rudy Douven.

Het empirische onderzoek vergelijkt de arbeidsmarkten van zes landen en twee regio's in de periode van 1978-1998. Naast Nederland betreft dit de landen (West-) Duitsland, Frankrijk, Italië, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten, en de regio's Europese Unie en OESO.

Italië en Frankrijk onderscheiden zich door een sterke mate van persistentie in de werkloosheid. Voor deze twee landen zal het daarom niet eenvoudig zijn om hun huidige hoge werkloosheidsniveau terug te brengen naar een structureel lager niveau. Het Verenigd Koninkrijk kent een relatief hoge, maar wel sterk variërende, (evenwichts-)werkloosheid. Dit laatste aspect zou erop kunnen duiden dat het Verenigd Koninkrijk gemakkelijker veranderingen in arbeidsmarkt-instituties kan doorvoeren dan andere landen. De Verenigde Staten vallen vooral op door een lage en vrijwel constante evenwichtswerkloosheid. In tegenstelling tot de meeste Europese landen schommelt de werkloosheid in de VS al jaren zo tussen de 4 en 8%.

Dat Nederland er gunstig uitspringt in het onderzoek suggereert gedeeltelijk dat institutionele veranderingen op de arbeids- en productmarkten in de afgelopen jaren goed hebben uitgewerkt op de economie. Het gunstige beeld wordt echter ook veroorzaakt doordat het onderzoek verricht is met behulp van internationaal gestandaardiseerde werkloosheidsvoeten. Bij een bredere definitie van de werkloosheid (mensen met een werkloosheidsuitkering, bijstandsuitkering, uitkering wegens arbeidsongeschiktheid of ziekte en vervroegde uittreders) blijkt dat ongeveer 20% van de Nederlandse beroepsbevolking daaronder valt.

Contactpersonen

Schattingen van de evenwichtswaarden van de werkloosheid leiden in de literatuur vaak tot resultaten die de werkelijke werkloosheid op de voet volgen.

Dit document laat daarentegen zien dat in veel Europese landen de evenwichtswaarden in de afgelopen twintig jaar wel eens aanzienlijk lager geweest zouden kunnen zijn dan de werkelijke werkloosheid. Het resultaat duidt op een aanzienlijke periode van tamelijk lage en sterk aanhoudende loonflexibiliteit.

Dit is een Engelstalige publicatie.