Generatie- en premie-effecten aanpassing pensioenregels 2015
De door het kabinet voorgestelde aanpassingen betreffen:
- Het Witteveenkader voor de fiscaal gefaciliteerde pensioenopbouw;
- Het Financieel Toetsingskader (FTK) voor herstel van de dekkingsgraad na schokken en de vaststelling van de kostendekkende premie;
- De wettelijke parameters;
- De Ultimate Forward Rate (UFR).
Het CPB heeft eerder in separate CPB Notities de effecten van de versobering van het Witteveenkader, de aanpassing van het Financieel Toetsingskader en van de wettelijke parameters gerapporteerd.
Lees ook CPB Notitie 'Effecten aanpassing pensioenregels 2015: een toelichting (12 dec 2014)'
De Kamerleden vragen naar de totale verwachte generatie- en premie-effecten, bij premiedemping op basis van verwacht rendement en bij premiedemping op basis van de risicovrije rente, bij de huidige stand van zaken. Daarnaast vragen zij inzicht in het effect van alle wijzigingen tezamen op het mediane pensioenresultaat van een deelnemer van 25, 50 en 70 jaar. Ten slotte vragen zij naar het effect van het volledig inzetten van het vermogenssurplus voor inhaalindexatie in plaats van een vijfde hiervan, het verlagen van de indexatiedrempel van 110% naar 105% en het afzien van aanpassing van de UFR. Deze notitie bevat de gevraagde analyse.
De opbouw van deze CPB Notitie is als volgt. Paragraaf 2 beschrijft de voorgenomen aanpassingen in de pensioenregels en paragraaf 3 de uitgangspunten voor de analyse. Paragraaf 4 beschrijft de generatie-effecten van de door het kabinet voorgestelde aanpassingen van de pensioenregels en de door het CDA genoemde varianten. Paragraaf 5 bevat de premie-effecten. De conclusies staan in paragraaf 6.