Publicaties

In de supermarkt realiseert CPB’er Benjamin Wache zich dat hij enkel Nederlandse producten op zijn lijstje heeft. Door vrije handel zijn landen gespecialiseerd in bepaalde goederen. Welke mogelijke invloed heeft het EU-Mercosur akkoord hierop? →

‘Moge je leven in interessante tijden’, dit is een passende beschrijving van het tijdperk na de inauguratie van Donald Trump. Maar brengen die tijden zegeningen, tegenspoed – of allebei? →

Hoe langer de duur van de studie, hoe hoger de studieschuld. Hoe lang studenten studeren hangt af van gemaakte keuzes, maar niet altijd. CPB’er Sabine Verbunt bespreekt een mogelijke oplossing: een snelstudeerbonus. →

Maakt geld gelukkig? Dat is gelukkig wetenschappelijk onderzocht. CPB-directeur Pieter Hasekamp gaat in zijn essay in Het Financieele Dagblad in op het onderzoek van “geluksprofessor” Ruut Veenhoven. →

Wat is de overeenkomst tussen economisch onderzoek en de oliebollentest? Meten is moeilijk en een getal vertelt niet het hele verhaal. →

Met 12.000 satellieten wil SpaceX de publieke behoefte aan internet voorzien, en winnaar worden in een winner-takes-all markt. Waar publieke goederen normaliter gereguleerd kunnen worden, gebeurt dat in de ruimte nog niet. Van wie is de ruimte? →

Het kinderwetje van Van Houten is jarig! 150 jaar geleden werd het aangenomen door de Tweede Kamer en werd kinderarbeid verboden in fabrieken. Waarom is het van groot historisch belang? →

Productiviteit is in de mode. Er is veel aandacht voor de stagnerende productiviteitsgroei in Nederland en Europa, en het kabinet werkt momenteel aan een productiviteitsagenda. Toch bestaan er ook veel misverstanden en simplificaties. →

Door de krapte op de woningmarkt is er een groep die dubbel in knel zit: ze wonen in een te duur huis, dat slecht op de wensen aansluit. De oplossing: flink meer huizen bouwen. →

In Nederland bestaat de wet WIA voor arbeidsongeschiktheid. De wet toont de afruilen binnen het uitkeringsstelsel aan. Er zijn verschillende doelen die elkaar bijten: bescherming, activering, eenvoud en betaalbaarheid. →