Hoe Jan Modaal een gezicht en gezin kreeg
Petra Messelink
eindredacteur bij het Centraal PlanbureauMet dank aan informatiespecialist Lucienne Verbeek.
Jan Modaal is alleenverdiener en heeft een vrouw (Mien of soms ook Miep) en ze hebben twee kinderen in leeftijden tussen 6 en 11 jaar. Maar Jan Modaal gaat niet op vakantie en krijgt geen erfenis. Jan Modaal is namelijk geen mens van vlees en bloed, nooit geweest ook. Hij is een pantoniem, een plaatsvervangende naam. Hij had ook Dinges kunnen heten, maar het is de vraag of hij dan ruim vijftig jaar lang de krantenkoppen had gehaald.
Door een gezicht te plakken op een statistisch gegeven, wordt het voor veel mensen makkelijker te begrijpen en krijgen ze ook een gevoel bij de kille cijfers. Het gebruik van zo’n pantoniem heeft ook een keerzijde, want zoals gezegd Jan Modaal bestaat niet en zijn ‘leven’ is dus ook niet volledig toepasbaar op dat van een echt persoon, en dat is wel de indruk die je krijgt als je hem in de media ziet figureren. Maar de Jan Modaal die geportretteerd is – en tot vijf jaar geleden door het CPB in de ramingen gebruikt werd -, wordt nooit ouder, blijft altijd bij zijn baanloze vrouw en zijn kinderen worden nooit pubers, maar blijven altijd dezelfde leeftijd houden. En zelfs als iemand evenveel verdient als Jan Modaal, getrouwd is en kinderen heeft in die leeftijden, klopt het plaatje nog niet, omdat een echt mens daarnaast met veel meer variabelen te maken heeft.
Loontrekker
Is Jan Modaal aan het brein van een CPB’er ontsproten? Daar is geen bewijs voor te vinden. Vaak wordt voor de herkomst van Jan Modaal verwezen naar de Macro Economische Verkenning 1969 (september 1968). Maar in deze publicatie komen de termen ‘modaal’ of ‘Jan Modaal’ niet voor. Wel gaat het in de MEV 1969 over ‘de loontrekkende met een inkomen juist beneden de laagste premiegrens met twee kinderen’. Deze ‘loontrekkende’, tegenwoordig noemen we zo iemand een werknemer, zou model hebben gestaan voor Jan Modaal.
Een medewerkster van het CPB vertelde daarover in een interview met Nu.nl in maart 2012: ,,Voor het eerst in 1968 wilde de politiek van ons weten hoe bepaalde maatregelen zouden uitwerken op lagere en hogere inkomens. Kort daarna is de naam Jan Modaal door iemand genoemd als een stereotiep van de ‘gewone man’. Die figuur is in de loop van de tijd steeds verder aangekleed. Hij werd gezinshoofd naast een niet-werkende vrouw en kreeg een salaris aangemeten, dat tot op de dag van vandaag keurig wordt bijgesteld.”
Verwarring
De fictieve Jan heeft een zogeheten ‘modaal inkomen’, een belangrijk begrip in het inkomensbeleid. De term modaal leidt echter regelmatig tot verwarring. Want modaal is niet gemiddeld. Een modaal inkomen is het inkomen dat het meest voorkomt. Een modaal inkomen is wat anders dan het midden-inkomen of ook wel het ‘mediane inkomen’, hoewel de hoogte daarvan op dit moment niet zoveel verschilt van het modale inkomen.
Het inkomen van Jan Modaal bedraagt dit jaar 38.500 euro en voor volgend jaar wordt sowieso bruto-groei verwacht. Het eerste modale inkomen werd in de MEV 1969 afgerond geraamd op 5000 gulden. Dat lijkt een enorme stijging, maar door de economische en demografische veranderingen in de afgelopen decennia zijn deze bedragen niet meer met elkaar te vergelijken. Overigens kijken we bij het CPB als het gaat om de koopkracht de afgelopen vijf jaar niet meer naar Jan Modaal en andere voorbeeldhuishoudens, maar berekenen we de statische koopkracht voor een steekproef van ongeveer 100.000 huishoudens.
Daardoor kunnen we de huishoudens beter wegen (want sommige voorbeelden komen veel meer voor dan andere) en kunnen we de verdelingseffecten in beeld brengen. In de steekproef komen in principe bijna alle soorten huishoudens wel voor en gewogen representeren ze de Nederlandse bevolking. Voorbeeldhuishoudens, zoals Jan Modaal, zullen nooit representatief zijn.
Anno 2022 lijken nog ongeveer 200.000 van de 8 miljoen huishoudens op Jan Modaal. Vijftig jaar geleden was dit het traditionele kostwinnersgezin en aan de definitie van Jan Modaal voldeed een groot deel van de huishoudens. Tegenwoordig zijn huishoudens veel pluriformer en dat vraagt dus ook om een andere benadering van de koopkrachtpresentatie en -berekening.
Desalniettemin blijven onze koopkrachtcijfers weinig zeggen over de eigen portemonnee. Ze kijken naar de gevolgen van overheidsbeleid, en die zijn doorgaans — een uitzonderlijk jaar als dit buiten beschouwing gelaten — vele malen kleiner dan de gevolgen van bijvoorbeeld trouwen of scheiden, meer of minder uren gaan werken of verhuizen. De koopkrachtcijfers zijn vooral nuttig om voor verschillende groepen in de samenleving de gevolgen van beleid en algemene economische trends als lonen, inflatie en pensioenindexaties in beeld te brengen.
Cabaret
Terug naar de geboorte van Jan Modaal. Her en der wordt op internet melding gemaakt dat Jan Modaal bedacht zou zijn door Sieto Hoving die samen met zijn vrouw Marijke in 1957 het politiek-geëngageerde cabaret Tingel Tangel startte. We vinden er geen steekhoudend bewijs voor. In ieder geval had hij in de jaren 70 wel een lied dat begon met het opnoemen van bijna alle Jannen die de Nederlandse taal rijk is (denk aan: Jan Rap, Jan met de pet, Jan Klaasen, Jan Krediet, Jan Soldaat). Jan Modaal kreeg daarin de ereplek, zo blijkt uit de liedtekst:. “En zo in ’t sociologisch koeterwaals spreekt men vandaag de dag van Jan Modaal en daar bedoelt men in goed Hollands mee, een werknemer, een man dus, die werk neemt. Maar Jan de werknemer klinkt bijna asociaal, modale werknemer klinkt beter, Jan Modaal, dus balkt in Tweede Kamer, vakbond voor teevee, men over Jan Modaal in alle toonaarden mee.”
Petra Messelink
- meer over Petra
alle columns en artikelen
Recente CPB columns
- Kinderwetje uit 1874 nog steeds actueel - Frits Bos
- Misverstanden plagen aanpak van productiviteit - Pieter Hasekamp
- De sleutel tot meer woongenot - Jurre Thiel
alle columns en artikelen