12 november 2020
CPB Column - Pieter Hasekamp

Medialogica

Photo of Pieter Hasekamp
Op weg naar mijn eerste tv-optreden als CPB-directeur, live in Nieuwsuur, stapte ik de auto en scheurde finaal uit mijn broek. Terwijl ik thuis snel van pak wisselde, bedacht ik me dat dit ook bij het uitstappen had kunnen gebeuren. Sommige mensen schijnen regelmatig te dromen dat ze zonder kleren over straat lopen. Daar heb ik niet zo’n last van – mijn eigen terugkerende nachtmerrie was heel lang dat mijn proefschrift toch niet afgerond was. Maar om nou in je onderbroek tegenover Mariëlle Tweebeeke en Mathijs Bouman te gaan zitten…
Pieter Hasekamp
directeur bij het Centraal Planbureau
Photo of Pieter Hasekamp

De omgang met de media is voor mij één van de nieuwe dingen in deze baan. In vorige functies trad ik ook wel naar buiten, als spreker op congressen, als deskundige in de Tweede Kamer, soms voor een gesprek met de geschreven pers. Maar het optreden voor radio en tv, het vertegenwoordigen van de organisatie naar buiten toe, dat is bij ministeries voorbehouden aan bewindspersonen. Als ik oud-collega’s spreek over mijn nieuwe baan, is de meest gestelde vraag:  hoe het is om nu voortdurend in beeld te komen?

Nou, dat valt eigenlijk best mee. Het CPB heeft een goede naam als onafhankelijke deskundige en hoeft zich daarom niet bij voorbaat te verdedigen – zoals voor veel politici wel geldt. Natuurlijk, we hebben onze kritische volgers: hoogleraren economie, bankeconomen. Maar de neiging van media en politiek om voortaan de ramingen en analyses van bijvoorbeeld ING als uitgangspunt voor beleid te nemen is niet heel groot. Toch heb ik inmiddels ook een aantal voorbeelden gezien hoe medialogica werkt — en ook vanuit het CPB moet je dan oppassen om niet als figurant in het verkeerde toneelstuk te worden gecast.

Beleidsvarianten

Vooropgesteld: als CPB willen we graag  aan de media uitleggen hoe onze modellen werken, hoe we zaken doorrekenen voor bijvoorbeeld politieke partijen. Daarbij maken we altijd wel de kanttekening dat wij voorgestelde beleidsvarianten kunnen doorrekenen, maar dat daarna de politiek aan zet is. Van ons hoef je geen politieke standpunten te verwachten en wij zijn zeker geen recensent van de overheid. 

Desalniettemin kunnen we wel beleidsmatige afwegingen en toekomstscenario’s schetsen op grond van  wetenschappelijk onderzoek. In dat verband zouden Kim Putters, Hans Mommaas en ik vanuit de drie planbureaus gezamenlijk bij  een tv-programma aan tafel gaan om te spreken over de vraag: hoe komen we van crisis naar (duurzaam, inclusief) economisch herstel. Een idee dat van de programmamakers zelf kwam, we waren al vóór de zomer benaderd, maar de week na Prinsjesdag leek een mooie gelegenheid voor een goed gesprek over economie, leefomgeving en samenleving. 

Alles was keurig voorbereid, totdat we een dag voor de uitzending een telefoontje kregen met de mededeling dat het Planbureau voor de Leefomgeving in een andere uitzending aan bod zou komen en ze nu alleen CPB en Sociaal en Cultureel Planbureau aan tafel wilden voor een ingekort item over  ongelijkheid. Ook relevant, maar niet wat was afgesproken. En dus kozen we ervoor om niet mee te doen. Dat gezamenlijke interview met de drie planbureaus heeft alsnog plaatsgevonden, maar dan in de krant  – lees hier het resultaat.

Achtergrondbasis

Een ander voorbeeld raakt niet mijzelf, maar alle CPB’ers. We kennen de goede gewoonte dat onderzoekers bij het CPB altijd op achtergrondbasis de media te woord kunnen staan. Uniek in het Haagse. Dat gebeurt dan zonder tussenkomst van de afdeling Communicatie, maar uiteraard onder de afspraak dat er niet zonder toestemming wordt geciteerd. Die afspraak wordt door journalisten nagenoeg altijd netjes nageleefd – tot er recent een vakblad had bedacht dat het leuk zou zijn om van zo’n achtergrondgesprek een interview te maken waarin de betrokken medewerker uitgebreid, met naam en toenaam, aan het woord kwam. Pas na veel heen en weer gebel konden de letterlijke quotes weer uit het verhaal. Had de journalist van tevoren gezegd dat hij een interview wilde, dan hadden we kunnen uitleggen waarom we op achtergrondbasis (‘off the record’) bepaalde zaken wel konden toelichten, maar vanuit onze aparte positie niet ‘on the record’ konden praten. Maar er bij voorbaat van uitgaan, dat een achtergrondgesprek wel een interview kan worden, was echt een brug te ver. 

En dus? Zo werkt het toch, weten we sinds Joris Luyendijk hier een paar mooie boekjes over schreef? Dat is te gemakkelijk. De media vervullen een essentiële rol in het controleren van de macht, op basis van feiten. Het CPB kan helpen die feiten aan te dragen – maar valt zelf uiteraard ook onder die controle. Dat betekent niet dat we alles moeten accepteren. De journalistiek gaat over het eigen verhaal, maar het CPB als onafhankelijk instituut ook. In de praktijk gaat dat goed – zelfs in de voorbeelden hierboven. En soms zullen we een scheur in de broek oplopen – zoiets valt te repareren.

Pieter Hasekamp

alle columns en artikelen

Pieter Hasekamp

directeur bij het Centraal Planbureau

Neem contact op