4 december 2003

CPB Report: Economie presteert bijzonder slecht: laagconjunctuur houdt aan

Deze nieuwe raming is een voorpublicatie uit CPB Report 2003/4, dat op 16 december zal verschijnen. Tegelijk met deze voorpublicatie is een Economierapportage aan de Minister van Economische Zaken uitgebracht. Beide stukken geven dezelfde prognoses van het CPB weer, maar in een verschillende mate van detail en toelichting
  • Nederlandse economie krimpt dit jaar met 0,75% en groeit komend jaar met slechts 1%.
  • Gemiddelde groei periode 2001-2004 met minder dan 0,5% per jaar gelijk aan recessie begin jaren tachtig.
  • Uitvoer draagt het herstel, ondanks verder verlies van marktaandeel door aanhoudende verslechtering van concurrentiepositie.
  • Door lage productiegroei en lage winstgevendheid blijven de bedrijfsinvesteringen afnemen en loopt de werkloosheid op tot 7% in 2004.
  • Inflatie daalt volgend jaar naar 1,5%, en de gemiddelde contractloonstijging naar 1,25%.
  • Onder invloed van lage groei loopt begrotingstekort op naar 3,25% van het BBP in 2004.

Dit zijn enige hoofdpunten van de vandaag openbaar gemaakte ramingen van het Centraal Planbureau voor de jaren 2003 en 2004.

Lees ook: Economierapportage december 2003


Mondiale opleving zet door
De wereldeconomie is in het derde kwartaal sterk opgeveerd. De productie van de G3 - Verenigde Staten, eurogebied en Japan - nam volgens voorlopige cijfers toe met 4,8% op jaarbasis, meer dan het dubbele van de groei in het tweede kwartaal. De Verenigde Staten kende met een groeitempo van 8,2% zelfs de grootste kwartaalstijging in bijna twintig jaar. In het eurogebied was de economische groei met 1,6% op jaarbasis het zwakst, maar dit was wel de eerste stijging sinds het derde kwartaal van 2002.
Volgens voorlopende indicatoren houdt de mondiale opleving aan in 2004. Naar verwachting bedraagt de economische groei van de G3 gemiddeld 3% in 2004, een procentpunt meer dan in 2003. Dit gaat gepaard met een verdubbeling van de groei van de wereldhandel tot ruim 9%. Omdat de groei binnen Europa veel minder sterk is, blijft de stijging van de voor Nederland relevante wereldhandel met 7% daarbij achter.
China kent momenteel een adembenemende economische ontwikkeling. In het derde kwartaal lag de productie 9,1% hoger dan een jaar eerder; in het tweede kwartaal was dit vanwege de Sars-epidemie nog 'slechts' 6,7%. In 2003 gaat naar verwachting maar liefst 33% van de toename van het werelduitvoervolume naar China. Daarmee is China momenteel mondiaal gezien de groeimotor.

Nederlandse economie krabbelt langzaam op
Hoewel buiten het eurogebied het economisch herstel duidelijk zichtbaar wordt, geldt dit nog amper voor de landen van het eurogebied. Het voor ons land verwachte lichte herstel van de economische groei is tot nog toe uitgebleven, al was in het derde kwartaal niet langer sprake van een krimp, maar van een minimale groei van 0,1%. De voor dit jaar geraamde groei van het bruto binnenlands product (BBP) is in vergelijking met drie maanden geleden met 0,75%-punt verlaagd. Deze bijstelling komt voornamelijk door tegenvallende particuliere consumptie en uitvoer van energie en diensten.
Voor het vierde kwartaal wordt in het kielzog van het internationale herstel een bescheiden verdere verbetering verwacht, waardoor het BBP dit jaar per saldo krimpt met 0,75%, het op twee na laagste groeicijfer in de naoorlogse periode. Alleen in 1958 en 1982 was er sprake van een grotere economische teruggang.

Groeiherstel in 2004 van buitenlandse herkomst
De overheidsbestedingen zijn dit jaar de enige afzetcategorie met een positieve groeibijdrage van 0,25%-punt, wat volledig valt toe te schrijven aan sterk stijgende zorguitgaven. De werkgelegenheid en de netto materiële consumptie bij de overheid nemen veel minder toe dan in de afgelopen jaren, terwijl het volume van de overheidsinvesteringen zelfs afneemt. De bedrijfsinvesteringen en de binnenslands geproduceerde uitvoer leveren dit jaar ieder een negatieve bijdrage van naar verwachting -0,25%-punt aan de ontwikkeling van de Nederlandse economie. De bijdrage van de particuliere consumptie bedraagt zelfs -0,5%-punt. Per saldo resulteert een krimp van 0,75% in 2003.
Volgend jaar dragen de overheidsbestedingen niet langer positief bij aan de BBP-groei. Dan levert de export de belangrijkste impuls voor het herstel. Voor heel 2004 voorziet het CPB een economische groei van 1%, wat voor een hersteljaar historisch gezien laag is.

Output gap krijgt recordomvang
Naar verwachting bedraagt de gemiddelde economische groei in de periode 2001-2004 minder dan 0,5% per jaar. Door de aanhoudend lage groei is de output gap, d.w.z. het verschil tussen het feitelijke productieniveau en het geschatte potentiële productieniveau, in extreme mate verslechterd, van +3% in 2000 naar een geschatte -3% in het huidige jaar. Voor komend jaar wordt zelfs nog een verdere verslechtering voorzien. Hierin weerspiegelt zich de naar verhouding ruime arbeidsmarkt in combinatie met de zeer lage bezettingsgraad in de marktsector.

Laagste consumptiegroei in 20 jaar
De consumenten blijven somber gestemd. De particuliere consumptie daalde in het tweede en derde kwartaal (ten opzichte van de overeenkomstige periode vorig jaar) met 1,4%. Naar verwachting zal de daling in het vierde kwartaal minder groot zijn. Voor het gehele jaar resulteert naar verwachting een daling van het consumptievolume met 0,75%, het laagste groeicijfer sinds 1983. De voornaamste oorzaak is de daling van het reëel beschikbaar gezinsinkomen, vooral door de sterke stijging van pensioen- en ziektekostenpremies. Volgend jaar neemt de consumptie naar verwachting met 0,75% toe, nagenoeg geheel veroorzaakt door stijgende vaste lasten, met name de consumptie van aardgas, woningdiensten en zorg. De zogenoemde 'vrije' consumptie groeit volgend jaar nauwelijks.

Bedrijfsinvesteringen blijven krimpen
Ondernemers tonen thans weinig bereidheid om te investeren. Het volume van de investeringen van bedrijven in vaste activa (exclusief woningen) zal dit jaar naar verwachting met 4,75% dalen. Ook de afgelopen twee jaren was al sprake van daling. Voornaamste oorzaak van deze afname is de ongunstige productieontwikkeling in de marktsector, waardoor er ruim voldoende productiecapaciteit is om aan de vraag te voldoen. De bezettingsgraad in de industrie lag in oktober nauwelijks hoger dan in het recessiejaar 1993. Daarnaast staan de bedrijfswinsten al een aantal jaren onder druk, vooral door oplopende arbeidskosten. Volgend jaar blijft de productiegroei in de marktsector met 1% laag, terwijl ook de winstgevendheid zwak blijft. Onder deze omstandigheden zullen de investeringen ook in 2004 dalen, zij het minder sterk dan dit jaar.

Weer forse verslechtering concurrentiepositie
De goederenuitvoer (exclusief energie) neemt dit jaar licht af. Voor de wederuitvoer wordt nog een bescheiden groei verwacht van 1%, maar de binnenslands geproduceerde uitvoer krimpt met 1%. De slechte uitvoerprestatie is het gevolg van de dramatisch verslechterde prijsconcurrentiekracht van de Nederlandse exporteurs in de afgelopen jaren, deels door relatief sterk stijgende arbeidskosten per eenheid product en deels door de duurdere euro. Volgend jaar zijn de marktverliezen nog niet voorbij. Dan neemt het volume van de relevante wereldhandel naar verwachting toe met 7%, en de in Nederland geproduceerde goederenuitvoer (exclusief energie) slechts met 2,5%. Wel is de verslechtering van de concurrentiepositie dan aanmerkelijk kleiner dan in de voorgaande jaren.

Contractloonstijging en inflatie duiken onder de 2%
De stijging van de contractlonen neemt naar verwachting komend jaar verder af, mede dankzij het onlangs gesloten Sociaal Akkoord. Deels door reeds afgesproken loonstijgingen nemen de contractlonen in de marktsector in 2004 gemiddeld nog met 1,25% toe. Na de forse stijging van de sociale lasten voor werkgevers dit jaar ligt voor komend jaar een verdere stijging in het verschiet, vooral door hogere pensioenpremies.
De inflatie, die sinds het 'hoogtepunt' van ruim 4% in 2001 ieder jaar is afgenomen, daalt volgend jaar naar verwachting onder de 2%. De afname hangt vooral samen met de gunstige ontwikkeling van de arbeidskosten per eenheid product en van de invoerprijzen. Bovendien wordt een drukkend effect op de inflatie verwacht van de prijzenoorlog in de supermarkten. Daar staat tegenover dat de inflatie enigszins wordt opgestuwd door accijnsverhogingen voor tabak en brandstof.

Arbeidsinkomensquote vliegt omhoog
De arbeidsinkomensquote neemt dit jaar naar verwachting fors toe met 2,25%-punt, naar 87,25%. Dat betekent een toename van maar liefst 6,25%-punt in vijf jaar tijd. De trage groei van de arbeidsproductiviteit in de marktsector en de forse loonvoetstijging zorgen voor een sterke stijging van de arbeidskosten per eenheid product, die bij lange na niet wordt gecompenseerd door hogere afzetprijzen. Volgend jaar daalt de arbeidsinkomensquote naar verwachting met ruim 1,25%-punt, voornamelijk dankzij het conjuncturele herstel van de arbeidsproductiviteitsgroei en de lagere contractloonstijging.

Werkloosheid loopt verder op
Sinds begin 2002 groeit de werkgelegenheid minder dan het arbeidsaanbod, met als gevolg stijgende werkloosheid. De werkgelegenheid in de zorgsector blijft dit jaar en volgend jaar toenemen, zij het minder dan in voorgaande jaren. De werkgelegenheid bij de overheid stijgt niet meer noemenswaardig. Bij elkaar weegt de groei van het aantal banen in de zorgsector en bij de overheid niet meer op tegen de afname van de werkgelegenheid in de marktsector, zodat de totale werkgelegenheid in 2003 zelfs in absolute termen daalt, naar verwachting met 50.000 personen. Gevolg is dat de werkloosheid stijgt tot circa 5,25% in 2003.
Hoewel volgend jaar het arbeidsaanbod naar verwachting slechts weinig toeneemt, loopt de werkloosheid dan verder op, tot 7% van de beroepsbevolking. Vooral de afname van de werkgelegenheid in de marktsector (in arbeidsjaren) met 2% in zowel 2003 als 2004 is debet aan deze stijgende werkloosheid. De ongunstige productieontwikkeling en de gedaalde winstgevendheid in de periode 2001-2003 vormen hiervan de belangrijkste oorzaak.

Begrotingstekort volgend jaar net boven de 3%-norm
Voor 2003 wordt een begrotingstekort voorzien van 3% van het BBP. Omdat zonder beleidsmaatregelen het tekort de 3%-norm van het Groei- en Stabiliteitspact ruimschoots zou overschrijden, hebben de kabinetten Balkenende I en II prioriteit gegeven aan ombuigingen en inkomstenverhogende maatregelen. Dat het tekort nu hoger wordt geraamd dan in de Macro Economische Verkenning 2004 komt in de eerste plaats door de tegenvallende conjunctuur, die tot uiting komt in eveneens tegenvallende ontvangsten van de belastingen en premies. Daarnaast is sprake van overschrijdingen bij de zorguitgaven. Ondanks substantiële ombuigingen en lastenverzwaringen verslechtert het EMU-saldo volgend jaar nog wat verder en komt naar verwachting uit op -3,25% van het BBP, net boven de 3%-norm van het Groei- en Stabiliteitspact. Dit betekent niet automatisch dat Brussel dit tekort als 'excessief' zal aanmerken. Nederland kan zich mogelijk beroepen op uitzonderlijke economische omstandigheden, die tot uiting komen in een krimp van de economie met 0,75% dit jaar en een gemiddelde groei die inmiddels meerjarig ruim onder de potentiële groei ligt.

Onzekerheden
De projecties zijn met aanzienlijke politieke èn economische onzekerheden omgeven. Er zijn nog grote politieke spanningen in het Midden-Oosten, en de dreiging van grootschalige terroristische aanslagen is niet verdwenen. Onzekerheden op economisch gebied liggen voor de open Nederlandse economie vooral bij de internationale economische ontwikkelingen. Een neerwaarts risico vormt de op termijn onhoudbare omvang van het tekort op de Amerikaanse lopende rekening, wat zou kunnen leiden tot een forse waardevermindering van de dollar. Anderzijds kan het herstel van de wereldhandel volgend jaar forser uitpakken dan in de huidige projectie ligt besloten. De groei van de Nederlandse economie zal in 2004 0,4%-punt lager uitpakken indien de euro volgend jaar gemiddeld 10 dollarcent meer waard is dan in de projectie is voorzien. Daartegenover levert 1%-punt meer wereldhandel 0,4%-punt meer BBP-groei op.