12 januari 2023
CPB Column - Jeroen Hinloopen

Marktwerking is een zegen bij goede regulering

Photo of Jeroen Hinloopen
Afgelopen zomer kwamen de beroerde arbeidsomstandigheden van de bagage-afhandelaars op Schiphol in beeld. Een zondebok was snel gewonden: marktwerking. Er zouden te veel bagage-afhandelaars zijn die in onderlinge concurrentie beknibbelen op de arbeidsvoorwaarden. Hierbij werden de randen van de Arbowet opgezocht en zelfs overschreden. Een oplossing was er ook: het aantal bedrijven dat bagage afhandelt, zou omlaag moeten. Dit zou hun onderlinge concurrentie-intensiteit verminderen, waardoor ze hun medewerkers ‘een fatsoenlijk loon’ kunnen betalen.
Jeroen Hinloopen
onderdirecteur bij het Centraal Planbureau
Photo of Jeroen Hinloopen

Een waaier aan problemen wordt regelmatig toegeschreven aan ‘marktwerking’: het idee dat op een markt de prijs met bijbehorende verhandelde hoeveelheid wordt bepaald door de economische krachten van vraag en aanbod. Zo konden we bijvoorbeeld in het hoofdredactionele commentaar van de Volkskrant van 29 december 2022 lezen: ‘De ‘markt’ lijkt in 2022 op tal van terreinen te zijn uitgewerkt. Het marktproces (…) heeft geleid tot verschraling van diensten en/of uitbuiting aan de onderkant van de arbeidsmarkt.’

Oerkracht

Deze kritiek is onterecht. Marktwerking is een economische oerkracht die ons veel goeds kan brengen, maar die alleen gecontroleerd losgelaten mag worden. Daarvoor moet aan twee voorwaarden zijn voldaan. Ten eerste moeten de marktmechanismen zeer grondig begrepen worden, inclusief economische relaties met andere markten. Zonder dit begrip kan marktwerking verkeerd uitpakken. Ten tweede moet de markt worden gereguleerd. Daarbij worden er spelregels opgesteld waaraan marktpartijen zich moeten houden. En die spelregels moeten worden gehandhaafd.

Ook bij de bagage-afhandeling op Schiphol werd marktwerking verward met gebrekkige of niet-gehandhaafde regulering. Het klopt: met minder aanbieders neemt de onderlinge concurrentie-intensiteit meestal af. Maar – en daar loopt de redenering over marktwerking als bron van het kwaad spaak – dat zegt niks over arbeidsomstandigheden. Bij minder aanbieders stijgt de prijs en maken aanbieders meer winst. En met een hogere winst kunnen aanbieders meer investeren, bijvoorbeeld in betere arbeidsomstandigheden. Maar vanzelf gaat dat niet – de extra winsten kunnen ook uitgekeerd worden aan aandeelhouders.

De oplossing voor de bagage-afhandelaars is dus niet het aantal aanbieders verminderen, maar om een arbeidsinspectie op te tuigen die de voorwaarden van de Arbowet altijd en overal handhaaft. En om een minimumloon in te voeren waarmee een fatsoenlijke boterham verdiend kan worden. Net zoals bij een afname van de concurrentie-intensiteit zal dit leiden tot hogere prijzen – betere arbeidsomstandigheden verhogen de kosten. Maar dat is te prefereren boven hogere prijzen die alleen een gevolg zijn van afgenomen concurrentie-intensiteit met bijkomende gestegen marges.

Coronavaccins

Zo is het aan de werking van de markt te danken dat er in een recordtijd verschillende coronavaccins werden ontwikkeld. In landen met andere economische arrangementen duurde het langer voordat er een vaccin was. Bovendien lijken die vaccins minder effectief te zijn. Toegegeven: Pfizer, Moderna en AstraZeneca hebben miljarden verdiend aan hun coronavaccins. Maar die winsten staan in geen verhouding tot de maatschappelijke (inclusief economische) opbrengsten van het verslaan van het coronavirus. Iedere dag eerder uit lockdown heeft wereldwijd miljarden opgeleverd.

Zoals gezegd: passende regulering vereist voor iedere markt een grondige kennis van de werking van die markt om de voor die markt juiste spelregels op te stellen. Daarbij kan het soms raadzaam zijn om verder te kijken dan de prijs die een consument betaalt, bijvoorbeeld door bedrijven genoeg winst te laten maken om te kunnen investeren in innovaties of door bedrijven te beschermen tegen extern opgelegde ongebreidelde schaalvergroting. Het vereist ook een niet-aflatende inspanning om de spelregels van de regulering te handhaven.

Kritiek op marktwerking gaat uiteindelijk vaak over de manier waarop het in de praktijk uitpakt. Als dat goed gaat, bijvoorbeeld op de markt van mobiele telefonie, dan zijn er niet veel klagers. Als dat niet goed gaat, zoals bij de bagage-afhandelaars op Schiphol, dan krijgt  marktwerking vaak de schuld. Terwijl er een andere schuldige aangewezen moet worden: gebrekkige regulering en/of een gebrekkige handhaving van de reguleringsregels. Zo bezien zijn marktwerking en regulering als yin en yang: marktwerking is een zegen, maar alleen in een omgeving waarbij de vrijkomende krachten gereguleerd worden. Dat komt niet alleen bagage-afhandelaars, maar ons allemaal ten goede.

Jeroen Hinloopen

alle columns en artikelen

Jeroen Hinloopen

onderdirecteur bij het Centraal Planbureau

Neem contact op

Lees meer over