Hoe werken wij?

Aanvullende vragen en antwoorden deel 2.

In sommige gevallen hoeft het CPB verzoeken van andere verzoekers dan de Staten-Generaal niet door te sturen aan de minister van Economische Zaken en Klimaat (EZK). Dit geldt als deze verzoeken vertrouwelijk van aard zijn om bijvoorbeeld eigen ideeën te testen. Aanvragers kunnen zelf besluiten, bijvoorbeeld bij een voor hen negatief resultaat, om de vertrouwelijke verzoeken en de resultaten daarvan niet in de openbaarheid te brengen. Gedacht kan bijvoorbeeld worden aan het doorrekenen van eigen voorstellen of tegenbegrotingen in opdracht van Kamerfracties. Ook voor sociale partners worden soms vertrouwelijk eigen ideeën op hun effecten geanalyseerd. Zodra informatie uit analyses door de aanvrager met anderen wordt gedeeld, bijvoorbeeld als deze informatie in het publieke debat wordt gebruikt, worden het verzoek en de daarvoor verrichte analyses niet meer als vertrouwelijk beschouwd en door het planbureau gepubliceerd.

Het CPB kan buiten het werkplan om verzoeken ontvangen waarin wordt gevraagd om werkzaamheden uit te voeren. Deze verzoeken kunnen in de eerste plaats afkomstig zijn van ministers. Daarnaast kunnen de verzoeken afkomstig zijn van de Staten-Generaal, sociale partners, zelfstandige bestuursorganen, internationale organisaties en politieke partijen. 
Het planbureau accepteert een verzoek alleen voor zover:
a)    het verzoek niet strijdig is met het algemeen belang;
b)    het verzoek niet afkomstig is van een commerciële organisatie;
c)    het verzoek bijdraagt aan de versterking van de publieke taak van het planbureau;
d)    het om inhoudelijke redenen, zoals de beschikbaarheid van deskundigheid en databestanden, voor de hand ligt dat het planbureau het verzoek uitvoert;
e)    het planbureau met de verzoeker zodanige afspraken maakt, dat de inhoudelijke onafhankelijkheid van het planbureau is veiliggesteld, en
f)    openbaarmaking van het resultaat van het geaccepteerde verzoek is gegarandeerd, tenzij het een verzoek betreft dat vertrouwelijk van aard is.
Bij acceptatie van een verzoek houdt een planbureau rekening met de beschikbare capaciteit. Dat betekent dat als bijvoorbeeld een politieke partij al eerder een omvangrijk verzoek heeft gedaan bij een volgend verzoek prioriteit gegeven wordt aan een andere verzoeker.