28 februari 2013

Kerngegevens 2011-2014 voor het concept-CEP 2013

Begrotingstekort in 2013 en 2014 hoger dan 3%

Persbericht
Het Centraal Planbureau verwacht dat het begrotingstekort 3,3 procent zal bedragen in 2013 en 3,4 procent in 2014. Ondanks enig herstel later in het jaar krimpt het bbp-volume in 2013 met ½ procent. In 2014 groeit de economie weer, en wel met 1 procent. De werkloosheid loopt in 2013 met 90.000 personen op tot 560.000 en in 2014 tot 575.000.
No title

Voor 2013 is de raming van de economische groei niet bijgesteld ten opzichte van die van afgelopen december. De particuliere consumptie neemt in 2013, net als in 2012, scherp af (-1½ procent). De investeringen in woningen dalen nog sterker: met 7%. Daar staat tegenover dat de uitvoer van binnenslands geproduceerde goederen tekenen van herstel vertoont. Desondanks daalt het bbp-volume voor het tweede achtereenvolgende jaar, met ½ procent, na een daling van 0,9 procent in 2012. Hierdoor daalt de werkgelegenheid opnieuw en loopt de werkloosheid verder op naar 6¼ procent van de beroepsbevolking.

Het herstel dat later in 2013 inzet, komt tot uitdrukking in de jaar-op-jaarcijfers van 2014. Dan is er weer sprake van groei, namelijk met 1 procent. Het beperkte herstel komt vooral door een gunstigere ontwikkeling van de wereldeconomie, bij minder omvangrijke tekortreducerende maatregelen dan in 2013. De binnenlandse bestedingen dragen nog steeds niets bij aan de groei. Ondanks de beperkte groei loopt de werkloosheid nog wat verder op tot 6½ procent.

Door de omvangrijke tekortreducerende maatregelen neemt in 2013 het begrotingstekort met 0,7 procent bbp af tot 3,3 procent, om vervolgens marginaal op tot lopen tot 3,4 procent in 2014. Het Maastricht-criterium van maximaal 3 procent tekort wordt in 2013 met 2 miljard euro en in 2014 met 3 miljard euro overschreden. Deze overschrijdingen komen tot stand ondanks aanzienlijke bijzondere factoren (telecomveiling, SNS nationalisatie, eenmalige resolutieheffing, hogere crisisgerelateerde DNB dividend) die per saldo positief uitwerken op het begrotingstekort (1 miljard euro in 2013 en 2 miljard euro in 2014).

Dit zijn de kerncijfers van het Centraal Economisch Plan 2013 (CEP). De volledige publicatie komt op 13 maart aanstaande beschikbaar. CPB-directeur Teulings zal de raming dezelfde dag toelichten tijdens een persconferentie in perscentrum Nieuwspoort (9.30 uur). Journalisten dienen zich vooraf aan te melden als zij de persconferentie willen bijwonen, bij de woordvoerders van het CPB, Edwin van de Haar (e.r.van.de.haar@cpb.nl) en Dick Morks (morks@cpb.nl).

Lees het bijbehorende persbericht.

Kerngegevenstabel 2011-2014, (28 februari 2013)

Internationale economie
 2011201220132014
Relevante wereldhandel (%)

4,0

0,5

2 3/4

5

Prijspeil goedereninvoer (%)

4,9

2,6

-1 1/4

3/4

Concurrentenprijs (%)

6,3

2,4

-1/2

3/4

Olieprijs (Brent, $)

111,3

111,7

109

109

Eurokoers (dollars per euro)

1,39

1,29

1,31

1,31

Lange rente (stand in %)

2,9

1,9

2,0

2,3

Volume bestedingen en buitenlandse handel
 2011201220132014
Bruto binnenlands product
(economische groei, %)

1,0

-0,9

-1/2

1

Bruto binnenlands product
(BBP, in miljarden euro's)

602,0

602,8

610

626

Consumptie huishoudens (%)

-1,0

-1,5

-1 1/2

1/4

Overheidsbestedingen (%)

-0,6

-0,2

-1/4

1/2

Bruto investeringen bedrijven-
sector, excl. woningen (%)
10,2

-2,5

1/2

2 1/4

Uitvoer van goederen,
exclusief energie (%)

4,3

2,2

3 1/4

5

Uitvoer van in Nederland
geproduceerde goederen (%)
3,8

-0,3

2 1/2

3 3/4

Wederuitvoer (%)

4,7

4,5

4 1/4

6

Invoer van goederen (%)

4,1

3,4

2

4 1/2

Prijzen, lonen en koopkracht (toelichting/begrippen)
 2011201220132014
Prijspeil goederenuitvoer,
exclusief energie (%)

1,4

0,6

-3/4

3/4

Prijsconcurrentiepositie (%)

0,9

1,9

1/2

1/4

Consumentenprijsindex
(CPI), alle huishoudens
2006=100

109,2

111,9

115

117 1/2

Inflatie (mutatie CPI),
alle huishoudens (%)

2,3

2,5

2 3/4

2

Afgeleide inflatie
(CPI), alle huishoudens (%)

2,2

2,1

1 3/4

1 3/4

Prijs bruto binnenlands
product (%)

1,2

1,1

1 1/2

1 1/2

Prijs nationale
bestedingen (%)

0,8

1,8

1 3/4

2

Contractloon
marktsector (%)

1,4

1,6

1 3/4

2

Loonvoet marktsector (%)

2,1

2,2

2 1/4

2 3/4

Bruto modaal inkomen
(in euro's)

33500

33000

33000

33500

Koopkracht modaal,
alleenverdiener (%)

-1,2

-2,5

-1 1/2

-3/4

Koopkracht, statisch,
mediaan,
alle huishoudens (%)

-1,0

-2,5

-1 1/4

3/4

Prijzen overheid (toelichting/begrippen)
 2011201220132014
Loonvoet sector overheid (%)

0,6

2,5

1 1/4

2 1/4

Prijs overheidsconsumptie
beloning werknemers (%)

0,5

2,0

3/4

2

Prijs overheidsconsumptie,
netto materieel (IMOC) (%)

1,1

1,4

2 3/4

1 3/4

Prijs intermediair verbruik (%)

1,4

2,1

2 1/4

1 3/4

Prijs bruto overheids-
investeringen (IBOI) (%)

1,0

1,1

1 3/4

1 1/4

Arbeidsmarkt (internationale definitie 'beroepsbevolking', tenzij anders vermeld)
 2011201220132014
Bevolking (x 1000 pers.)

16693

16754

16800

16845

Beroepsbevolking (15-74)
(x 1000 pers.)

8746

8879

8940

8970

Werkzame beroepsbevolking
(15-74) (x 1000 pers.)

8357

8409

8380

8395

Werkloze beroepsbevolking
(15-74) (x 1000 pers.)

389

470

560

575

Werkzame personen (%)

0,7

-0,2

-1/2

0

Beroepsbevolking
(15-74) (%)

0,0

1,5

3/4

1/4

Werkzame beroeps-
bevolking (15-74) (%)

0,0

0,6

-1/4

1/4

Werkloze beroeps-
bevolking (% van bb)

4,4

5,3

6 1/4

6 1/2

Werkloze beroepsbevolking
volgens nationale
definitie (% van bb)

5,4

6,4

7 3/4

7 3/4

Marktsector (toelichting/begrippen)
 2011201220132014
Productie (%)

1,4

-1,8

-1/2

1 1/4

Arbeidsproductiviteit (%)

1,0

-1,4

1/2

1 1/2

Werkgelegenheid in
arbeidsjaren (%)

0,4

-0,4

-1

-1/4

Prijs toegevoegde waarde
(%)

0,3

1,7

0

1 1/4

Reële arbeidskosten (%)

1,8

0,5

2 1/4

1 1/2

Arbeidsinkomensquote
(niveau in %)

78,7

80,4

81 1/2

81 1/4

Collectieve sector
 2011201220132014
EMU-saldo (in % BBP)

-4,5

-4,0

-3,3

-3,4

EMU-schuld (in % BBP)

65,5

71,4

74,0

75,0

Collectieve lasten (in % BBP)

38,4

38,8

39,9

40,1

naar boven